Translation of "Norwegern" in Dutch

0.004 sec.

Examples of using "Norwegern" in a sentence and their dutch translations:

Tom kennt nicht den Unterschied zwischen Wikingern und Norwegern.

Tom kent het verschil niet tussen Vikingen en Noren.

Nun, das könnte man den Ideen ein Ende setzen, dass England von Norwegern, Dänen oder Wikingern

Nou, dat zou, zou je kunnen zeggen, een einde maken aan het idee dat Engeland zou kunnen worden veroverd door Noren