Examples of using "Nehmen" in a sentence and their dutch translations:
- We nemen het.
- We accepteren het.
We nemen dat.
- Sommige leerkrachten gebruiken drugs.
- Sommige leerkrachten nemen drugs.
Wilt u zo vriendelijk zijn te gaan zitten?
Neemt u cheques aan?
- Alstublieft.
- Neem 't maar.
- Neem'm maar.
- Hier is het.
Neemt u kredietkaarten aan?
Neem er maar 'n stukje van.
Wij nemen hem wel.
Wat gaat u nemen?
We nemen dat.
We nemen het.
Laten we een kortere weg nemen!
Laten we een taxi nemen.
Laten we de bus nemen.
We pakken hem.
- Wij nemen kredietkaarten aan.
- Wij aanvaarden kredietkaarten.
- Neem dit aspirientje.
- Neem deze aspirine.
Je zou eens zwemles moeten nemen.
- Sommige hoogleraren gebruiken drugs.
- Sommige hoogleraren nemen drugs.
Ik kan Tom nemen.
Wilt u zo vriendelijk zijn te gaan zitten?
- Sommige leerkrachten gebruiken drugs.
- Sommige leerkrachten nemen drugs.
Wilt u zo vriendelijk zijn te gaan zitten?
- Gaat u zitten.
- Neem plaats.
- Ga zitten.
Of moet je de bus nemen?
- U moet bus 5 nemen.
- Jullie moeten bus 5 nemen.
want door alle tijd te nemen
Dus we doen of de grot...
Ze namen een steentje.
- Laten we met de trein gaan.
- Laten we de trein nemen.
- Laten we een trein nemen.
Onze plannen nemen vorm aan.
Ik kon daar niet minder van nemen.
Welke buslijn moet ik nemen?
Ik ga een bad nemen.
- Verwijder het verband.
- Haal het verband weg.
- We moeten de trap nemen.
- We moeten met de trap.
Laten we een taxi nemen.
Laten we met de bus gaan.
Ik ga de auto nemen.
Zal ik de bus nemen?
Laten we met de auto gaan.
Laten we aannemen dat het klopt.
Ik zal deze paraplu nemen.
Wij aanvaarden geen drinkgeld.
Laten we met de auto gaan.
Neem alstublieft hier plaats.
Je mag mijn pen lenen.
Ik zal dit pad nemen.
- Neem het.
- Neem dit aan.
Laten we een taxi nemen.
Neem de mijne.
Neem er nog een.
Laten we aannemen dat je gelijk hebt.
Om deze grote rots.
Ze kunnen de bioluminescentie duidelijk zien.
- Gebruik gerust mijn woordenboek.
- Gebruikt u gerust mijn woordenboek.
Ik zal de volgende bus nemen.
Dit loopt niet goed af.
We moeten dat ernstig nemen.
Onze werknemers nemen geen fooien aan.
Hoeveel kilo's mag ik nemen?
We moeten die bus nemen.
- Neem je dat?
- Aanvaard je dat?
- Neemt u dat?
- Aanvaardt u dat?
- Vergeet niet je pillen te nemen!
- Vergeet niet jullie pillen te nemen!
Neemt u MasterCard aan?
Vergeet niet jullie pillen te nemen!
Ik zou deze bruine das nemen.
Ik moet een advocaat nemen.
Je kan nemen, welke je wilt.
Pak maar wat je wilt.
Laten we met de auto gaan.
- Zet u, a.u.b.
- Alstublieft, zet u.
- Wilt u zo vriendelijk zijn te gaan zitten?
...om essentiële mineralen aan hun beperkte dieet toe te voegen.
Hun ogen zijn gevoelig voor het zwakste licht...
als groene planten koolstofdioxide uit de atmosfeer halen
Neem de lift tot op de vijfde verdieping.
Neem een binnenweg!
De meeste Japanners nemen elke dag een bad.