Examples of using "Gälisch" in a sentence and their dutch translations:
- Spreek je Engels en Schots-Gaelisch?
- Spreekt u Engels en Schots-Gaelisch?
- Spreken jullie Engels en Schots-Gaelisch?
In zeventienhonderdzevenenzestig werd het Nieuwe Testament in het Schots-Gaelisch gedrukt.
In haar memoires vermeldde koningin Victoria dat haar man, prins Albert, die een Duitser was, Gaelisch probeerde te leren.
Onlangs, toen we in een boekenwinkel in Schotland waren, vroeg mijn vrouw aan de jonge bediende of hij een van een bepaald kinderboek een versie in het Gaelisch had.