Examples of using "Fremde" in a sentence and their dutch translations:
Een hond blaft naar onbekenden.
Ze heeft in het buitenland gereisd.
De vreemdeling komt uit Schotland.
Die hond blaft tegen vreemden.
Bemoei je met je eigen zaken.
Een hond blaft tegen vreemden.
De vreemdeling heeft geen Italiaanse naam.
Steek je neus niet in andermans zaken.
- Bemoei je met je eigen zaken.
- Steek je neus niet in andermans zaken.
Een vreemde taal leren is moeilijk.
Een andere taal leren kost veel tijd.
- Engelsen spreken heel zelden onbekenden aan in de trein.
- Engelse mensen praten zelden met vreemden in de trein.
Vreemden smeken heeft geen zin, wat hij ook probeert.
Wie geen vreemde talen kent weet niets van zijn eigen taal.
Hij kon geen vreemde vrouw als zijn moeder accepteren.
De vrouw waarvan ik dacht dat het zijn tante was, was een vreemde.
Ik vind vreemde talen erg interessant.
Het is bijna onmogelijk om een vreemde taal in een korte tijd te leren.
Het is niet gemakkelijk om een gedicht te vertalen naar een vreemde taal.
Ik maak verre reizen, zie vreemde landen, doe dingen die ik nooit eerder deed.
- Bemoei je met je eigen zaken.
- Steek je neus niet in andermans zaken.
- Dat gaat je niks aan.
- Bemoei je niet met andermans zaken!
Steek je neus niet in andermans zaken.
- Bemoei je met je eigen zaken.
- Steek je neus niet in andermans zaken.
- Dat gaat je niks aan.
Maar hier drinken en badderen... ...verre familieleden en wildvreemden samen onder de sterren.
Een paspoort identificeert je als een burger van een land en stelt je in staat om naar het buitenland te reizen.
- Steek je neus niet in andermans zaken.
- Dat gaat je niks aan.
Een vreemde taal leren is moeilijk.
Steek je neus niet in andermans zaken.
Bemoei je met je eigen zaken.