Examples of using "Entspannen" in a sentence and their dutch translations:
Laten we relaxen.
- Ontspan u.
- Ontspan u!
- Je moet je ontspannen.
- Je moet relaxen.
Je moet gewoon ontspannen.
Ik drink om te ontspannen.
Wrijf het erin, ontspan je,
Ontspan u!
Ontspan u.
We kunnen hier niet ontspannen. Laten we ergens anders heen gaan.
- Ik wil een massage. Ik moet ontspannen.
- Ik wil een massage. Ik moet relaxen.
Doe eens even kalm aan.
Sommige van deze weekdieren ontspannen alleen... ...als die boor precies in de top van de schaal zit... ...op de abductor.