Examples of using "Disparut" in a sentence and their dutch translations:
Het geld verdween.
Ze verdween.
Sami verdween.
Hij vluchtte met het geld.
Ze verdween in het donker.
De zon verdween langzaam onder de horizon.
- Tom is spoorloos verdwenen.
- Tom verdween spoorloos.
Ze verdween langzaam in het nevelige bos.
Hij verdween.
De tovenaar zwaaide met zijn toverstokje, en verdween in het niets.
- Hij is met de noorderzon vertrokken.
- Hij is spoorloos verdwenen.
- Hij is zonder enig spoor verdwenen.
- Tom is spoorloos verdwenen.
- Tom verdween spoorloos.
- Het vliegtuig is in een oogwenk verdwenen.
- Het vliegtuig is plotseling verdwenen.