Examples of using "Choqué" in a sentence and their dutch translations:
Tom was gechoqueerd.
Iedereen was geschokt.
Iedereen is geschokt.
- Iedereen leek geschokt.
- Iedereen keek geschokt.
- Ik ben geschokt.
- Ik ben verbijsterd.
- Ik ben geshockeerd.
- Ik ben geschokt door de dood van John.
- Ik was geschokt door de dood van John's.
Ik schrok toen ik het zag.
Napoleon was geschokt door dit verraad door een van zijn oudste kameraden.
Hierdoor was ik nogal geschokt.
En zoals we weten, veroorzaakte 9/11 veel ontsteltenis en verdriet.
...dus hij was verbaasd dat mensen hem zo slecht behandelden... ...en op hem schoten, dus hij rende niet meteen weg.