Examples of using "Aujourd’hui" in a sentence and their dutch translations:
Ik krijg ze nog dagelijks.
Ik heb het druk vandaag.
Ik heb het druk vandaag.
Het is verschrikkelijk koud vandaag.
Dit instrument is vandaag bij mij thuis,
Ik vergat dat het vandaag zaterdag was.
Ik heb vandaag geprobeerd om niet te huilen.
Laten we vergeten wat er vandaag is gebeurd.
Ik kan niemand vandaag helpen.
Wat zal ik eens gaan doen vandaag?
Het is verschrikkelijk koud vandaag.
Stel niet uit tot morgen wat je vandaag kunt doen.
- Vandaag ben ik jarig.
- Ik ben jarig vandaag.
Het is zo makkelijk om ons alleen te bekommeren om de dag van vandaag
Hoe is het weer vandaag?
Vandaag werd ik vroeg wakker.
Het is inmiddels driehonderdachtenveertig jaar, zes maanden en negentien dagen geleden dat de Parijzenaars wakker werden met het geluid van alle klokken die uit alle macht luidden in de drievoudige vesting van het Eilandje, de Universiteit en de Stad.
- Stel niet uit tot morgen wat je vandaag kunt doen.
- Stel niet uit tot morgen wat je vandaag kan doen.
- Stel niet uit tot morgen, wat ge vandaag nog kunt doen.
- Stel niet uit tot morgen wat je vandaag kunt doen.
- Stel niet uit tot morgen wat je vandaag kan doen.
- Stel niet uit tot morgen, wat ge vandaag nog kunt doen.