Examples of using "Täällä" in a sentence and their dutch translations:
Ik woon hier.
- Woon je hier?
- Woont u hier?
- Wonen jullie hier?
Is hier iemand?
- Hij speelt hier.
- Hij is hier aan het spelen.
- Waarom ben je hier?
- Waarom ben je er?
- Waarom bent u hier?
- Waarom zijn jullie hier?
Ruikt het niet ietwat verbrand?
Ik wou dat je hier was.
- Is roken hier toegestaan?
- Mag hier gerookt worden?
Hier?
Niet hier.
Woont u hier?
Ik zal hier eten.
Ik werk hier.
Laten we hier uitrusten.
Ik woon hier.
- Dat is waarom ik hier ben.
- Daarom ben ik hier.
Kom je hier vaak?
Wat doe jij hier in godsnaam?
Blijf hier!
Wacht hier.
Blijf hier.
Spreekt iemand hier Frans?
Hier is iets mis.
Tom is niet hier.
Hier wordt het echt dichtbegroeid.
Hier is een open plek.
Kijk, een arend.
Kijk, paddenstoelen.
Kijk, hier is een.
Er komt tocht vandaan.
Wat hebben we hier?
Een wolf.
Zeeslakken.
Ik verlies kracht door vast te houden.
Een paar rookgranaten voor nood.
Het is hier veel koeler.
Hier is hij.
- Je kunt hier studeren.
- U kunt hier studeren.
- Jullie kunnen hier studeren.
Woont hij hier?
Regende het hier gisteren?
Hier zijn draken.
We zijn er nog steeds.
Het is veilig hier.
Tom is hier.
Wacht hier.
Ik woon hier in de buurt.
Uw hond is hier.
- Nu woon ik hier.
- Ik woon nu hier.
Hier zijn draken.
Ik ben leraar hier.
- We leven hier.
- Wij wonen hier.
Iedereen is hier aan het skiën.
We verliezen hier tijd.
Er is een mevrouw hier.
Het is Kerstmis.
Is hier iemand?
Ik ben hier als toerist.
- Tom heeft daar gewoond.
- Tom woonde daar.
We zijn hier veilig.
Wat gebeurt hier?
Mijn vriend is hier.
Je vriend is hier.
Ik werk hier.
Het sneeuwt hier.
Wat doe je hier in Boston?
Ik werk nu hier.
Ik ben hier.
Was u de hele nacht hier?
Hij is hier een tijdje gebleven.
Volgens de tracker is ze hier.
Kijk, oud gereedschap.
Een oud vat.
En hier moet je sterk zijn.
Daar is een kleine spar.
...en je vindt er enorme kliffen...
Kijk eens wat een enorme tank.
Er zijn hier ook andere reuzen.
En daar is het ook warmer.
Hier is alles wat ze nodig heeft.
Ze overnachten hier ieder jaar.
Hier zijn apen heilig.
Er werd hier een hoop met goudpannen gewerkt.
Ik heb deze veel gezien.
Ik ben hier geboren en opgegroeid.
Waarom is hij hier?