Examples of using "Soittaa" in a sentence and their dutch translations:
Waar kan ik bellen?
Ik moet even telefoneren.
Ik kan gitaar spelen.
Maria speelt piano.
Ze speelt Bach.
Kan je pianospelen?
Tom speelt gitaar.
Wie speelt er gitaar?
Ik ben vergeten om hem te bellen.
Laten we Tom bellen.
- Zou je misschien later kunnen terugbellen?
- Kan je me later bellen, alsjeblieft?
Tom speelt de vibrafoon bijzonder goed.
We moeten de helikopter inschakelen.
Hij kan gitaar spelen.
Zij kan piano spelen.
Ik moet Tom bellen.
- Zou je misschien later kunnen terugbellen?
- Kan je me later bellen, alsjeblieft?
Mijn moeder kan goed piano spelen.
We hebben geen keus. We verzoeken om een noodextractie.
Je speelt piano, nietwaar?
John kon geen gitaar spelen.
Hij speelt erg goed piano.
Je hoeft me niet op te bellen.
Tom speelt heel goed piano.
Ik moet hulp inschakelen om hier uit te komen.
Het meisje dat op de piano speelt is Akiko.
Ze speelt zowel piano als gitaar.
Ze kan niet zo goed piano spelen.
Speel je ook nog andere instrumenten behalve de piano?
Is het goed als ik rond half drie bel?
Ik kan geen piano spelen, maar zij kan dat.
Ik heb geen andere mogelijkheid... ...dan hulp inroepen.
Dus roepen we de helikopter en gaan we snel naar het ziekenhuis.
...moet je om hulp vragen... ...en naar het ziekenhuis gaan.
Ik kan Marika niet bellen. Ze woont in Finland!
In een situatie als deze kun je niet anders dan om extractie verzoeken.
Tom stond op het punt het belangrijkste telefoontje van zijn leven te plegen.
- Hij speelt hier.
- Hij is hier aan het spelen.
- Hij speelt daar.
- Daar speelt hij.
- Bel me wanneer je maar wilt.
- Bel me wanneer u maar wilt.
- Bel me wanneer jullie maar willen.
- Bel me op elk moment.
Als je naar Rio komt, vergeet dan niet mij te bellen en te vragen om jouw gids te zijn.
We hebben nu 30 minuten om hulp in te schakelen... ...en naar het ziekenhuis te komen.
We hebben nu 30 minuten om hulp in te schakelen... ...en naar het ziekenhuis te komen.