Examples of using "Tonight" in a sentence and their dutch translations:
Ik ben vanavond vrij.
Ik ben deze nacht vrij.
- Ik ben deze nacht vrij.
- Vanavond ben ik vrij.
- Ik ben vanavond vrij.
Tot vanavond!
Tot vanavond.
Niet vanavond.
- Vanavond heb ik tijd.
- Ik ben deze nacht vrij.
- Ik ben vanavond vrij.
- Ik zal hem vanavond bellen.
- Ik zal haar vanavond bellen.
- Ik heb vanavond Tom gezien.
- Ik heb Tom deze avond ontmoet.
Laten we uit eten gaan vanavond.
Maar vanavond niet.
Wat vind je van vanavond?
Wie werkt vanavond?
Vanavond heb ik tijd.
Ik vertrek vanavond.
Ik vertrek vanavond.
Ik bel je vanavond op.
Vanavond wordt het frisser.
Ik zie Tom vanavond.
Ik zal haar vanavond bellen.
Wat eten we vanavond?
Ik zal hem vanavond bellen.
- Het regent pijpestelen vanavond.
- Het regent pijpenstelen vanavond.
Ik vertrek vanavond.
Wat eten we vanavond?
Wat eten we vanavond?
Het kan vanavond sneeuwen.
- Vanavond ben ik vrij.
- Ik ben vanavond vrij.
- Ik zie ze vanavond.
- Ik zie hen vanavond.
Laten we vanavond samen uitgaan.
Laten we uit eten gaan vanavond.
We kunnen vanavond beginnen.
Ik zal hem vanavond bellen.
Vanavond gaan we dansen.
- Tom kan vannacht niet werken.
- Tom kan vanavond niet werken.
Het is zo koud vanavond.
Het zal koud zijn vannacht.
Ik drink vanavond niet.
- Ben je vanavond vrij?
- Bent u vanavond vrij?
- Zijn jullie vanavond vrij?
Ik heb vanavond les.
Is hij vrij vanavond?
Gaat het sneeuwen deze avond?
- Misschien regent het vannacht.
- Misschien regent het vanavond.
Ik zal haar vanavond bellen.
Ik zag dat vannacht.
Ik bel je vanavond op.
Kook jij vanavond?
Blijf vannacht bij ons.
Ik zie haar vanavond.
Tom ziet er moe uit vandaag.
Raad eens wie komt vanavond.
- Het regent pijpestelen vanavond.
- Het regent pijpenstelen vanavond.
Ik ben zeer droevig vanavond.
Ik kan vanavond niet werken.
Die nacht heeft de aarde gebeefd.
Het kan vanavond sneeuwen.
Vannacht word ik zwanger.
Ik kom vanavond wel even langs.
Wat eten we vanavond?
Wat zijn uw plannen voor vanavond?
- Wat gaat u vanavond doen?
- Wat gaan jullie vanavond doen?
- Wat ga je vanavond doen?
- Wat doen jullie vanavond?
Heb jij plannen deze avond?
Het wordt koud vanavond.
- Ik wil buiten eten vanavond.
- Ik wil uit eten gaan vanavond.