Examples of using "Loses" in a sentence and their dutch translations:
Hij verliest altijd.
Hij verliest nooit de hoop.
Tom verliest meestal bij het eenentwintigen.
Tom verliest bijna nooit met schaken.
Mijn horloge loopt iedere dag twee minuten achter.
De leraar wordt gemakkelijk kwaad op zijn leerlingen.
Dit boek gaat over een koning die zijn kroon verliest.
Het belangrijkste is niet om te winnen, maar dat de andere verliest.
Dus ze valt af en verliest enorm veel kracht.
Als de tempura die ik maak afkoelt wordt het meteen zacht, en is het niet zo lekker meer.