Examples of using "Gummy" in a sentence and their dutch translations:
Kinderen houden van gummiberen.
Tom houdt van gummiberen.
- Hou je van gummiberen?
- Houdt u van gummiberen?
- Houden jullie van gummiberen?
Tom at een gummibeer.
Tom at nog een gummibeer.
Tom at alle gummiberen.