Examples of using "Googled" in a sentence and their dutch translations:
Sami googelde zijn symptomen.
Tom googelde zichzelf.
- Sami googelde het.
- Sami heeft het gegoogeld.
- Sami googelde islam.
- Sami heeft islam gegoogeld.
- Maria googelde zichzelf.
- Maria heeft zichzelf gegoogeld.
- Hij googelde zichzelf.
- Hij heeft zichzelf gegoogeld.
- Ze googelde zichzelf.
- Ze heeft zichzelf gegoogeld.
- Heb je Tom gegoogeld?
- Heeft u Tom gegoogeld?
- Hebben jullie Tom gegoogeld?
- Heeft u ons gegoogeld?
- Heb je ons gegoogeld?
- Hebben jullie ons gegoogeld?
- Hebben jullie hen gegoogeld?
- Heb je hen gegoogeld?
- Heeft u hen gegoogeld?
- Heb je mij gegoogeld?
- Heeft u mij gegoogeld?
- Hebben jullie mij gegoogeld?
- Heb je hem gegoogeld?
- Heb je hem met Google opgezocht?
- Heb je haar gegoogeld?
- Hebben jullie haar gegoogeld?
- Heeft u haar gegoogeld?
Sami googelde verdachte termen.
Sami googelde Layla's naam.
Sami googelde Layla's adres.
- Heb je ooit jezelf gegoogeld?
- Heeft u ooit zichzelf gegoogeld?
Ik heb gegoogeld hoe ik dat moet doen.
Ik heb je gegoogeld en kwam erachter dat je in de gevangenis hebt gezeten.