Translation of "Ashamed" in Dutch

- I am ashamed.
- I'm ashamed.

Ik schaam me.

I felt ashamed,

Ik schaamde me,

I am ashamed.

- Ik schaam me.
- Ik ben beschaamd.

I'm too ashamed.

Ik schaam me diep.

Tom was ashamed.

Tom schaamde zich.

- I am ashamed of myself.
- I'm ashamed of myself.

- Ik schaam me voor mezelf.
- Ik ben beschaamd over mezelf.

- Tom was embarrassed.
- Tom was ashamed.
- Tom felt ashamed.

Tom schaamde zich.

I'm ashamed of myself.

Ik schaam me voor mezelf.

I am deeply ashamed.

Ik schaam me dood.

He's ashamed of his body.

Hij schaamt zich voor zijn lijf.

I am ashamed of myself.

- Ik schaam me voor mezelf.
- Ik ben beschaamd over mezelf.

- Tom's embarrassed.
- Tom is ashamed.

Tom schaamt zich.

I'm ashamed of you, Tom.

Ik schaam me voor je, Tom.

I'm very ashamed of myself.

Ik ben beschaamd over mezelf.

- I'm not ashamed that I am poor.
- I'm not ashamed that I'm poor.

Ik schaam me er niet voor dat ik arm ben.

- I'm not ashamed that I am poor.
- I think being poor is nothing to be ashamed of.
- I'm not ashamed that I'm poor.

- Ik schaam me er niet voor dat ik arm ben.
- Ik denk niet dat arm zijn iets is om je voor te schamen.

His mother felt ashamed for him.

Zijn moeder was beschaamd over hem.

I am ashamed to see her.

Ik ben beschaamd om haar te zien.

I'm ashamed of what I did.

Ik schaam me voor wat ik deed.

His mother was ashamed of him.

Zijn moeder was beschaamd over hem.

He was ashamed of his ignorance.

Hij was beschaamd om zijn onwetendheid.

I am ashamed of my conduct.

Ik schaam mij over mijn gedrag.

I'm ashamed to have done that.

Ik schaam me dat ik dat gedaan heb.

You have no need to be ashamed.

Je hoeft je niet te schamen.

She is ashamed of what she's done.

Ze schaamt zich voor wat ze heeft gedaan.

She was ashamed of her children's behavior.

Ze schaamde zich voor het gedrag van haar kind.

He is ashamed of his son's conduct.

Hij is beschaamd over het gedrag van zijn zoon.

You ought to be ashamed of yourself.

Je zou je moeten schamen.

Aren't you ashamed to talk like that?

- Zijt ge niet beschaamd, zo te spreken?
- Zijt ge niet beschaamd zo te spreken?

He is not ashamed of being poor.

Hij schaamt zich er niet voor dat hij arm is.

I've done nothing to be ashamed of.

Ik heb niets gedaan om me voor te schamen.

- I'm so embarrassed.
- I am deeply ashamed.

Ik schaam me dood.

I am ashamed of my son's laziness.

Ik ben beschaamd over de luiheid van mijn zoon.

I'm ashamed to say that it's true.

Het spijt mij het te moeten zeggen, maar het is waar.

Tom was ashamed of his children's behavior.

Tom schaamde zich voor het gedrag van zijn kinderen.

The man was ashamed of being born poor.

De man schaamde zich ervoor dat hij arm geboren was.

Tom hasn't done anything to be ashamed of.

Tom heeft niets gedaan om zich voor te schamen.

I was ashamed to go out in old clothes.

- Ik schaamde me om in oude kleren uit te gaan.
- Ik was beschaamd om in oude kleren uit te gaan.

She was not ashamed to ask me a question.

Ze was niet beschaamd om me een vraag te stellen.

I think being poor is nothing to be ashamed of.

Ik denk niet dat arm zijn iets is om je voor te schamen.

She was ashamed when her child behaved very badly in public.

Ze schaamde zich heel erg toen haar kind zich erg misdroeg in het openbaar.

- I'm ashamed I did it.
- I'm embarrassed for having done it.

Ik schaam me ervoor dat ik het gedaan heb.

I have been more than once intoxicated, my passions have always bordered on extravagance: I am not ashamed to confess it; for I have learned, by my own experience, that all extraordinary men, who have accomplished great and astonishing actions, have ever been decried by the world as drunken or insane.

Ik was meer dan één keer dronken en mijn passies waren nooit ver weg van extravagantie: Ik schaam me niet om dit toe te geven; want ik heb uit eigen ervaring geleerd, dat alle buitengewone mannen die grote en uitzonderlijke dingen hebben bereikt, door de wereld als gek of dronkaard bestempeld werden.