Translation of "Architect" in Dutch

He's an Algerian architect.

Hij is een Algerijnse architect.

I am a German architect.

Ik ben een Duitse architect.

The architect designed everything beautifully.

De architect heeft alles prachtig gedesignd.

A famous architect built this house.

Een beroemd architect heeft dat huis gebouwd.

The architect left his wife after two years.

De architect scheidde van de vrouw na twee jaar.

This is the house which was designed by a famous architect.

Dit is het huis dat ontworpen werd door een beroemd architect.

He said his father was an architect and that he wanted to be one too.

Hij zei dat zijn vader architect was en dat hij het ook wil worden.