Translation of "Fiets" in Japanese

0.009 sec.

Examples of using "Fiets" in a sentence and their japanese translations:

- Zijn fiets is blauw.
- Haar fiets is blauw.

彼の自転車は青い。

- Is dit jouw fiets?
- Is dit uw fiets?

- これは君の自転車?
- これはあなたの自転車ですか。

- Dit is mijn fiets.
- Deze fiets is van mij.

その自転車は私のです。

- Van wie is deze fiets?
- Van wie is die fiets?

この自転車、誰の?

Ik heb geen fiets.

自転車を持ってないんだ。

Mijn fiets is verdwenen.

僕の自転車が消えた。

Is dit jouw fiets?

それって、君の自転車?

Zijn fiets is blauw.

彼の自転車は青い。

Mijn fiets is gestolen.

自転車が盗まれました。

Ik heb een fiets.

私は自転車を持っています。

Mijn fiets werd gestolen.

- 自転車を盗まれました。
- 自転車が盗まれました。

Ken wil een fiets.

ケンは自転車を欲しがっています。

Dit is mijn fiets.

- これが私の自転車です。
- これは私の自転車です。

Tom heeft geen fiets.

トムは自転車を持っていません。

Mag ik je fiets lenen?

- 自転車を借りてもよろしいですか。
- 自転車を借りてもいいですか。

Geef deze fiets wat olie.

この自転車に油をさしなさい。

Mag ik deze fiets gebruiken?

この自転車を使ってもいいですか。

Ik heb een rode fiets.

- 赤い自転車を持っています。
- 赤い色の自転車を持っています。
- 赤の自転車持ってる。
- 赤の自転車持ってるんです。

Deze fiets is van mij.

この自転車は私のです。

Van wie is deze fiets?

- これは誰の自転車ですか。
- この自転車は誰のものですか。

Mijn fiets moet worden gerepareerd.

私の自転車は修理の必要がある。

Mijn fiets is gisteren gestolen.

- 私の自転車は昨日盗まれた。
- 昨日私は自転車を盗まれた。

Elke jongen heeft een fiets.

どの少年も自転車を持っている。

Mijn fiets is gisteren hersteld.

私は昨日自転車を修理してもらった。

Deze fiets moet gerepareerd worden.

この自転車は修理する必要がある。

Leen me je fiets uit.

あなたの自転車を貸してください。

- Uw fiets is beter dan de mijne.
- Jouw fiets is beter dan de mijne.

君の自転車は僕の自転車よりも上等です。

Ik heb een nieuwe fiets nodig.

- 新しい自転車が必要だ。
- 私には新しい自転車が必要だ。

Die fiets is van onze school.

あの自転車は私たちの学校のものです。

Laten we daar een fiets huren.

あそこで自転車を借りよう。

Hij heeft zijn fiets rood geschilderd.

彼は自転車を赤く塗った。

Hij is op de fiets gegaan.

彼は自転車で行った。

Ik wil een nieuwe fiets kopen.

新しい自転車を買いたい。

Ik heb mijn fiets laten repareren.

私は自転車を修理してもらった。

Ik moet mijn fiets laten repareren.

私は自転車を修理してもらわなければならない。

Hij wast de fiets elke week.

彼は毎週バイクを洗います。

Ik heb het nieuwste model fiets.

私は最新型の自転車を持っている。

Ik heb de fiets gisteren gerepareerd.

私は昨日その自転車を修理した。

Mijn vader repareert mijn kapotte fiets.

父は私の壊れた自転車を修理している。

Mijn fiets heeft een lekke band.

私の自転車はパンクした。

Waar kan ik mijn fiets achterlaten?

どこに自転車を置いたらいいですか。

Waar kan ik mijn fiets laten?

自転車はどこに置いたらいいですか?

Jouw fiets lijkt op die van mij.

- 君の自転車は私のと似ている。
- お前の自転車って、俺のと似てるんだよ。

Hij gaat met de fiets naar school.

- 彼は自転車通学をしている。
- 彼は自転車で通学する。

De jongen smeekte om een nieuwe fiets.

男の子は新しい自転車をねだった。

Hij gaat volgende week een fiets kopen.

彼は来週自転車を買うつもりだ。

Ik liet mijn broer mijn fiets repareren.

- 兄に自転車を修理してもらった。
- お兄ちゃんに自転車を直してもらったんだ。

Uw fiets is beter dan de mijne.

あなたの自転車は私のよりよい。

Ik had op de fiets moeten komen.

自転車で来ればよかったなあ。

Ik kan me geen nieuwe fiets veroorloven.

私には新しい自転車を買う余裕がない。

Ik fiets liever dan dat ik wandel.

ウォーキングよりサイクリングの方が好き。

- Ik zal je een fiets voor je verjaardag geven.
- Voor je verjaardag zal ik je een fiets geven.

私はあなたの誕生日に自転車をあげよう。