Translation of "Dalen" in Italian

0.006 sec.

Examples of using "Dalen" in a sentence and their italian translations:

De vleesprijs zal spoedig dalen.

Il prezzo della carne si abbasserà presto.

Het leven heeft pieken en dalen.

Il mondo è fatto a scale, chi le scende e chi le sale.

Dus we dalen af de grot in?

Quindi scenderemo nella caverna?

Uitstoot doen dalen hangt af van nieuwe ontwikkelingen.

Abbassare le emissioni richiede una ribellione.

Of dalen we af en gaan we zo verder?

O ci caliamo e proseguiamo là sotto?

We gebruiken dit touw om deze rots, dalen af...

Legherò la corda a questo masso e mi calerò

De temperaturen dalen regelmatig tot onder de -40 graden.

La temperatura scende regolarmente sotto i -40 gradi.

...of blijven we en dalen we af... ...richting het bos?

O restiamo fuori e ci dirigiamo in basso, fino alla foresta?

We weer naar nieuwe dalen van onzekerheid en schaamte worden geleid,

saremo riportati giù nella valle dell’insicurezza e della vergogna,

Wat is de beste manier om af te dalen in de canyon...

Qual è il modo migliore per scendere nel canyon

Door de kloof in af te dalen zijn we van de kouderoute af...

Calandoci nella gola, abbiamo lasciato la catena del freddo

- In het leven zijn er hoogtes en laagtes.
- Het leven heeft pieken en dalen.

Il mondo è fatto a scale, chi le scende e chi le sale.

Of dalen we af in de sleufcanyon... ...en banen we ons een weg richting het wrak.

O ci caliamo nel canyon a fessura e ci facciamo strada verso il relitto?

Wat is de beste manier om af te dalen in de canyon... ...om te zien of 't glinsterende metaal 't wrak is?

Ok, qual è il modo migliore per scendere nel canyon e vedere se il metallo scintillante è il relitto?

- Het leven is geen zoete krentenbol.
- Het leven gaat niet altijd over rozen.
- Het leven is niet al rozengeur en maneschijn.
- Het leven is niet altijd zo mooi, iedereen heeft wel eens tegenvallers.
- Het leven heeft pieken en dalen.

- Il mondo è fatto a scale, chi le scende e chi le sale.
- La vita non è una passeggiata.
- La vita non è facile.