Translation of "Vanochtend" in German

Mijn oor bloedde vanochtend.

Mein Ohr hat heute Morgen geblutet.

Vanochtend was er dauw.

Der Tau stammt von heute Morgen.

- Wat heb je vanochtend gedaan?
- Wat was je vanochtend aan het doen?

- Was hast du heute Morgen gemacht?
- Was hast du heute früh gemacht?
- Was haben Sie heute Morgen gemacht?

Wat heb je vanochtend gedaan?

Was haben Sie heute Morgen getan?

Tom heeft zich vanochtend verslapen.

Tom hat heute Morgen verschlafen.

Tom heeft Mary vanochtend gebeld.

Tom rief Maria heute Morgen an.

Hij werd vanochtend vroeg wakker.

Er ist heute Morgen früh aufgewacht.

Zij werd vanochtend vroeg wakker.

Sie ist heute Morgen früh aufgewacht.

Ik heb Toms telefoon vanochtend geleend.

Ich habe mir heute früh Toms Handy ausgeliehen.

Vanochtend bracht de postbode een pakket.

Heute Morgen brachte der Postbote ein Paket.

Ik heb mijn haar vanochtend gewassen.

Ich habe mir heute früh die Haare gewaschen.

Ik stond vanochtend om zes uur op.

Ich bin um sechs Uhr morgens aufgestanden.

Weet u misschien waar Peter vanochtend is geweest?

Weißt du vielleicht, wohin Peter heute Morgen gegangen ist?

Toen ik vanochtend wakker werd, voelde ik me ziek.

Als ich heute Morgen aufwachte, fühlte ich mich krank.

Vanochtend heb ik de geboorte van een vlinder gezien.

Heute früh sah ich, wie ein Schmetterling geboren wurde.

- Zaten je oogleden aan elkaar geplakt toen je vanochtend wakker werd?
- Zaten uw oogleden aan elkaar geplakt toen uw vanochtend wakker werd?

Waren Ihre Augen heute Morgen verklebt, als Sie aufgewacht sind?

- Ik ben vanmorgen laat opgestaan.
- Ik ben vanochtend laat opgestaan.

Ich bin heute Morgen spät aufgestanden.

Vanochtend heb ik de trein die ik normaal neem gemist.

Heute Morgen habe ich den Zug verpasst, mit dem ich normalerweise fahre.

Ik was vanochtend in staat om het vraagstuk op te lossen.

Ich war in der Lage, die Frage diesen Morgen zu lösen.

- Sinds vanochtend heb ik drie boeken gelezen.
- Sinds vanmorgen heb ik drie boeken gelezen.

Ich habe seit heute Morgen drei Bücher gelesen.

Wat hebt u vanochtend gedaan? -Gewerkt. Ik heb het gras gemaaid. Ik ben best nerveus.

-Was taten Sie heute Morgen? -Arbeiten. Mit dem Traktor den Rasen gemäht. Ganz nervös.

Ga met de auto want de bus van vanochtend zal een kwartier te laat zijn!

Nimm das Auto, denn der Frühbus wird heute eine Viertelstunde Verspätung haben!