Translation of "Vliegtuig" in French

0.008 sec.

Examples of using "Vliegtuig" in a sentence and their french translations:

Helikopter of vliegtuig?

Hélicoptère ou avion ?

Het vliegtuig versnelde.

- L'avion accéléra.
- L'avion a accéléré.

- Ik zag een vliegtuig.
- Ik heb een vliegtuig gezien.

J'ai vu un avion.

Ik zag een vliegtuig.

J'ai vu un avion.

Het vliegtuig is neergestort.

- L'avion s'est écrasé.
- L'avion s'écrasa.

Dat vliegtuig is reusachtig!

Cet avion est énorme !

Dit vliegtuig is enorm!

Cet avion est énorme !

Dit is mijn vliegtuig.

C'est mon avion.

- Het vliegtuig steeg op tijd op.
- Het vliegtuig vertrok op tijd.

- L'avion a décollé à l'heure.
- L'avion décolla à l'heure.

- Tom stapte het vliegtuig in.
- Tom ging aan boord van het vliegtuig.

Tom est monté dans l'avion.

- Het vliegtuig is in een oogwenk verdwenen.
- Het vliegtuig is plotseling verdwenen.

- L'avion disparut en un clin d'œil.
- L'avion a disparu en un clin d'œil.

Oké, we hebben een vliegtuig.

Bon, on a un avion.

Wat is dat vliegtuig vlug!

Comme cet avion est rapide !

Dat vliegtuig is pas groot!

- Comme cet avion est énorme !
- Cet avion est énorme !

Is het vliegtuig op tijd?

- L'avion est-il à l'heure ?
- L'avion est-il à l'heure ?

Hoe laat is uw vliegtuig?

À quelle heure est ton vol ?

Het vliegtuig is zo lelijk.

Cet avion est si moche.

Dit vliegtuig is van hem.

Cet avion est le sien.

Wat voor vliegtuig is het?

C'est un avion de quel type ?

Het vliegtuig is veilig geland.

L'avion a atterri sans problème.

Mijn vliegtuig vertrekt om zes uur.

Mon avion part à six heures.

Het vliegtuig vertrok om half drie.

L'avion décolla à 2h30.

Het vliegtuig vloog over de berg.

L'avion survola la montagne.

Ik wil het vliegtuig niet missen.

Je ne veux pas rater l'avion.

Ik heb een papieren vliegtuig gemaakt.

- Je fis un avion de papier.
- J'ai fait un avion de papier.
- J'ai fait un avion en papier.

Het vliegtuig kan supersonische snelheden behalen.

L'avion est capable d'aller à des vitesses supersoniques.

Ik ga liever met het vliegtuig.

Je préfère voler par avion.

Het vliegtuig is zonder probleem geland.

L'avion a atterri sans encombre.

Ons vliegtuig vloog boven de wolken.

Notre avion volait au-dessus des nuages.

Ons vliegtuig vliegt naar het zuiden.

Notre avion se dirige vers le sud.

Het snelste voertuig is het vliegtuig.

L'avion est le moyen de transport le plus rapide.

- Je hebt geluk. Het vliegtuig is op tijd.
- U heeft geluk. Het vliegtuig is op tijd.

- Vous avez de la chance. L'avion est à l'heure.
- Tu as de la chance. L'avion est à l'heure.

- Heeft u al eens met een vliegtuig gereisd?
- Heb je al eens met het vliegtuig gereisd?

Avez-vous déjà voyagé en avion ?

Dus ik slaap nooit in een vliegtuig.

Bref, je ne dors jamais en avion.

Kijk! Het vliegtuig is aan het opstijgen.

Regarde ! L'avion est en train de décoller.

Hebt u al in een vliegtuig gevlogen?

Avez-vous déjà voyagé en avion ?

Het vliegtuig heeft een perfecte landing gemaakt.

L'avion a effectué un atterrissage parfait.

Het vliegtuig zal over één uur vertrekken.

L'avion décollera dans une heure.

Vraag hem wanneer het volgende vliegtuig gaat.

Demande-lui quand part le prochain vol !

Ik ga met het vliegtuig naar Amerika.

Je vais en Amérique en avion.

Ik was erg bang in het vliegtuig.

J'avais très peur dans l'avion.

Ik neem nooit het vliegtuig, en jij?

Je ne prends jamais l'avion, et toi ?

Wanneer komt het vliegtuig in Tokio aan?

Quand l'avion arrivera-t-il à Tokyo ?

Mijn vader reist graag met het vliegtuig.

Mon père aime voyager par avion.

Het vliegtuig landde om zes uur precies.

L'avion atterrit à six heures précises.

Ons vliegtuig vertrok om 18 uur precies.

Notre avion a décollé exactement à 18h.

Mike kwam voorin het vliegtuig, maar zijn zitplaats bevond zich in de laatste rij achterin het vliegtuig.

Mike est entré à l'avant de l'avion, mais son siège était situé dans la dernière rangée à l'arrière de l'avion.

- Ik reis liever met de trein dan met het vliegtuig.
- Ik reis liever per trein dan per vliegtuig.

- Je préfère voyager par train plutôt que par voie aérienne.
- J'aime mieux voyager en train qu'en avion.
- Je préfère voyager en train plutôt que par avion.
- Je préfère aller en train que prendre un avion.

Het voelt alsof ik uit dat vliegtuig val,

J'ai l'impression de tomber de cet avion.

Het vliegtuig had vertraging door het slechte weer.

L'avion a été en retard à cause du mauvais temps.

Het vliegtuig is onderweg van Tokio naar Italië.

L'avion est en route de Tokyo vers l'Italie.

Je hebt geluk. Het vliegtuig is op tijd.

Tu as de la chance. L'avion est à l'heure.

Het papieren vliegtuig gleed langzaam naar de grond.

- L'avion de papier descendit lentement au sol.
- L'avion de papier glissa lentement vers le sol.
- L'avion en papier plana lentement vers le sol.

Het vliegtuig kwam exact om negen uur aan.

L'avion arrivait exactement à neuf heures.

Ik heb nog nooit op een vliegtuig gezeten.

Je n'ai encore jamais pris l'avion.

Het vliegtuig werd wegens mist omgeleid naar München.

L'avion a été dérouté vers Munich à cause du brouillard.

Heb je al eens met het vliegtuig gereisd?

Avez-vous déjà voyagé en avion ?

Ik reis liever per trein dan per vliegtuig.

Je préfère voyager en train plutôt que par avion.

Zijn vliegtuig vertrekt om 14.00 uur naar Hong Kong.

- Son avion part pour Hong Kong à 14 heures.
- Son avion part pour Hong-Kong à deux heures de l'après-midi.
- Son avion pour Hong Kong décolle à 14 h.

Het vliegtuig stond op het punt op te stijgen.

L'avion était sur le point de décoller.

Ons vliegtuig vliegt op dit ogenblik boven de wolken.

Notre avion est en train de voler au-dessus des nuages.

Ik heb een paar uur in het vliegtuig geslapen.

J'ai dormi deux heures dans l'avion.

Hij is per vliegtuig van Tokio naar Osaka gegaan.

Il est allé de Tokyo à Osaka en avion.

Hij reist graag naar het buitenland met het vliegtuig.

Il aime voyager à l'étranger par avion.