Examples of using "100" in a sentence and their dutch translations:
En wel honderd jaar worden.
Als je met 100 bent, dapper.
Maar 100 jaar na de brief van Darwin,
En ik kan hem hier omheen wikkelen. Honderd procent katoen.
Elk vrouwtje kan meer dan 100 jongen baren.
Zijn geroep wordt honderd meter meegevoerd door de stille nachtlucht.
Op dit moment gebruiken we 100 miljoen vaten olie per dag.
Maar de dichtstbijzijnde voedplaats kan meer dan 100 kilometer verderop liggen.
Zelfs tot amper 100 jaar geleden.
maar een mensenleven duurt vaak minder dan 100 jaar.
Ik heb nog honderd meter te gaan. Dat red ik nooit.
Ik ben alleen niet helemaal zeker hoe sterk het is. Hoelang 't er al is.
Dus, ongeveer 100 jaar lang ,voor de Pro V1, was de standaard golfbal een "opgewonden bal".
Het water ziet er diep genoeg uit... ...maar je kunt nooit zeker zijn.
"En trouwens," haastte Dima zich toe te voegen, terwijl hij zijn rekenmachientje tevoorschijn haalde en 0,99 deelde door 3.000.000, alvorens het te vermenigvuldigen met 100, "u realiseert zich toch wel dat u maar 0,0033% zou verliezen, hè?"
Dit machtige, anderhalf meter hoge, 100 kilo wegende zoogdier is krachtig... ...en absoluut in staat om dodelijke wonden te veroorzaken.