Examples of using "Ramazan" in a sentence and their dutch translations:
Gelukkig Suikerfeest.
Sami was geïntrigeerd door de maand ramadan.
Ik hou van ramadan.
Ze geven moslimarbeiders toestemming om vroeg te vertrekken tijdens ramadan.
Elke ramadan bezoekt Yitzhak zijn vriend Sami in een dorpje in de Westelijke Jordaanoever.
Eid Moebarak.