Examples of using "Okulun" in a sentence and their dutch translations:
Waar is je school?
Het niveau van de school is hoog.
Ik kan niet wachten tot school begint.
Mijn oom woont in de buurt van de school.
Zij wonen dicht bij de school.
Heb je vandaag school?
Mijn oom woont in de buurt van de school.
Hij woont in de buurt van de school.
We wonen in de buurt van de school.
Staat je school in deze stad?
Morgen is het de laatste schooldag.
- Ik ben heel tevreden dat de school gedaan is.
- Ik ben erg blij dat school is afgelopen.
De school heeft een doortastend bestuur.
De school had een nieuwe leraar nodig.
Is je school ver weg van je huis?
Heeft de school een bibliotheek?
De parkeerplaats achter de school is praktisch leeg.
Slechts zestien procent van de leraren van deze school is vrouwelijk.
Tom kerfde zijn initialen in de grote eik voor de school.