Examples of using "Van" in a sentence and their dutch translations:
Waar gaan ze heen?
Ze gaan.
- Waar gaan ze heen?
- Waar gaan ze naartoe?
Ze zullen ons begrijpen.
- Gaan jullie ook?
- Gaat u ook?
Ze gaan.
Ben je al weg?
Gaan ze uit?
Waar gaan ze nu naar toe?
- Waar gaan jullie naartoe?
- Waar gaan jullie heen?
Waar gaan zij heen?
Ze gaan met haar mee.
Ze zullen het begrijpen.
Waar gaan ze nu naar toe?
- Hoe gaat het?
- Hoe gaat het ermee?
- Hoe staan de zaken?
terecht in de oceaan.
Dan ben je goed bezig.
ze reppen zich nu naar een blessure.
Ze zullen altijd op je terugkomen.
- Waar ga je heen?
- Waar gaan jullie naartoe?
Onze plannen nemen vorm aan.
Het regent al twee dagen.
Gaan de kinderen naar school?
Ze krijgen me niet te pakken.
Waar ga je deze namiddag naartoe?
Jeans passen bij alles.
De mannen gaan naar het werk.
Ze gaan op vakantie naar Libië.
Goede meisjes gaan naar de hemel, slechte meisjes gaan naar overal.
Dus, wat wordt het? Oké.
...zijn degenen die, als ze aftreden...
Zij gaan dit continent vullen...
Ze komen niet vandaag.
Wat gaan jullie vanavond doen?
Zij gaan zondags naar de kerk.
Christenen gaan niet naar moskeeën.
De mannen dragen korte mouwen.
want je zult elkaar weer tegenkomen.
Wij, de 86 families, steunen hem.
En wat ga je hieraan doen?
Zij die zullen sterven, groeten u.
- Hun kinderen worden morgen gedoopt.
- Hun kinderen zullen morgen gedoopt worden.
Het wordt erger en erger.
- Wat zullen ze met Tom doen?
- Wat gaan ze met Tom doen?
Die schoenen passen niet met het pak.
Het is bijna half drie.
- Waar ga je heen?
- Waar gaat ge naartoe?
- Waar gaan jullie naartoe?
- Waar ga je naartoe?
- Waar gaat u naartoe?
- Waar gaat u heen?
- Waar gaan jullie heen?
We weten dat deze twee dingen vaak samengaan -
specifiek naar vrouwen en milieu,
Je beweegt de aarde tussen de planten...
De intrest zal geleidelijk aan verhogen.
Zij gaan na school honkbal spelen.
Haar blauwe schoenen passen goed bij deze jurk.
Zij gaan altijd skiën in de winter.
Tom en Maria krijgen een baby.
Let op je woorden of je zult gestraft worden.
Ze zijn van plan aan te vallen.
U gaat iedere morgen de inkopen doen.
Veel studenten gaan naar Europa om muziek te studeren.
De passagiers zitten op de stadsbussen samengeperst zoals sardines in een blik.
De winsten gaan naar bedrijven in de Verenigde Staten van Amerika.
...gaan de langtongvleermuizen op de bloemen af.
Het zegt dat we allemaal zullen worden vermoord.
Hier de feiten over het klimaat.
Alle kinderen gaan naar school in Japan.
Heil, Caesar! Zij die gaan sterven groeten u!
Zijn ouders gaan elke zondag naar de kerk.
Vroeg of laat zal de dief zeker gepakt worden.
Op zondagmorgen gaan ze naar de kerk.
- Zal je me de waarheid vertellen?
- Gaan jullie mij de waarheid vertellen?
Bedrog en diefstal zijn broers.
Tom en Maria trouwen in oktober.
De kinderen gaan ‘s morgens naar school.
Zijn ouders gaan elke zondag naar de kerk.
Wat ga je drinken?
maar voor zover ik weet, draagt geen één een pak.
verlies je meer en meer je relevantie voor de economie.
Beide zijn vrij smerig... ...maar slechts eentje kan me ziek maken.