Translation of "Pretendía" in Dutch

¿Qué pretendía?

Wat was hij van plan?

No pretendía ofender.

Ik wilde niemand beledigen.

Él pretendía casarse con ella.

Hij was van plan met haar te trouwen.

Pretendía llamarla, pero se me olvidó.

Ik was van plan haar te bellen, maar ik ben het vergeten.

Solo pretendía hacer lo que era mejor.

Ik was van plan om alleen dat te doen, wat het beste was.

Ella pretendía retirar todos sus ahorros del banco.

Ze was van plan al haar spaargeld van de bank te halen.

Tom se preguntaba cuánto equipaje pretendía llevar María.

Tom vroeg zich af hoeveel bagage Maria van plan was om mee te nemen.

Con mi acción pretendía evitar un mayor derramamiento de sangre.

Ik wilde door mijn daad nog verder bloedvergieten voorkomen.

Si hubiera sabido lo que pretendía, puede que hubiera evitado esta debacle.

Als ik maar had geweten wat ze van plan was, had ik dit debacle misschien voorkomen.

- Intentaba llamarle a ella, pero lo olvidé.
- Pretendía llamarla, pero se me olvidó.

Ik was van plan haar te bellen, maar ik ben het vergeten.