Translation of "Parezca" in Dutch

Aunque parezca extraño, falló.

Vreemd genoeg faalde hij.

Quiero que parezca un robo.

Ik wil dat het er als een inbraak uitziet.

Quizá no parezca el mejor lugar para descansar.

Het lijkt niet de verstandigste keuze om uit te rusten.

Hazlo de la manera que te parezca mejor.

Doe het zoals het je het beste lijkt.

Ya ven, ahora quiero que parezca que presento ideas,

Ik wil het laten lijken, of ik een punt maak,

No encuentro que ella se parezca a su madre.

Ik vind niet dat ze op haar moeder lijkt.

- Por muy muy extraño que sea, él no sabía la noticia.
- Por muy raro que parezca, no se había enterado de la noticia.

Hoe vreemd het ook lijkt, hij wist het nieuws nog niet.