Translation of "Moverse" in Dutch

0.006 sec.

Examples of using "Moverse" in a sentence and their dutch translations:

¿Quieren moverse?

Dus je wil onderweg gaan?

No pudo moverse.

Hij kon niet bewegen.

Tom dejó de moverse.

Tom stopte met bewegen.

¿Le duele moverse así?

- Doet het pijn als je zo beweegt?
- Doet het pijn als u zo beweegt?

Que apenas ve para moverse.

...die amper kan zien.

¿Sentiste a la tierra moverse?

Voelde je de aarde bewegen?

Mario está tan enfermo que apenas puede moverse.

Mario is zo ziek dat hij zich nauwelijks nog kan bewegen.

La cosa es que estas amigas, si quieren, pueden moverse muy rápido.

Het punt is dat deze jongens als ze willen erg snel kunnen bewegen.

Para tener éxito en la ciudad, los animales deben aprender a moverse en la calle.

Om in de stad te overleven... ...moeten dieren leren hoe ze straten moeten oversteken.

Pero necesita moverse. Su manada debe salir de la ciudad antes de que vuelva el tráfico matutino.

Maar ze moet doorlopen. Haar kudde moet de stad uit voor het ochtendverkeer begint.