Examples of using "согласился" in a sentence and their dutch translations:
- Ik ging akkoord.
- Ik heb ingestemd.
Hij was het met me eens.
Hij stemde onwillig toe.
Tom ging niet akkoord.
Niemand was het met hem eens.
Ik was het ermee eens het te kopen.
Ik was het met haar eens.
Ik was het met Tom eens.
Hij accepteerde de baan.
- Tom was ermee eens.
- Tom stemde in.
Ik heb met het voorstel ingestemd.
Ik was het op dat punt met hem eens.
Tom ging niet akkoord.
Tom heeft ons voorstel aanvaard.
- Daar zou ik het mee eens zijn.
- Dat zou ik beamen.