Examples of using "придётся" in a sentence and their dutch translations:
Jullie zullen moeten gaan.
U zult moeten rijden.
Jullie moeten wachten.
Ge zult morgen moeten komen.
Hoe lang zullen we moeten wachten?
- Hoelang moet je wachten?
- Hoelang zal je moeten wachten?
Ik moet morgen werken.
Ik moet mijn haar binnenkort laten knippen.
zal ik hem moeten opensnijden
Boontje komt altijd om zijn loontje.
Je zal hier moeten wachten.
Ik zal hard moeten werken.
Je moet veel leren.
Morgen moet ik haar de waarheid zeggen.
Ze zal moeten koken voor iedereen.
Je zal moeten afwachten.
Tom zal niet hoeven wachten op Maria.
Tom zal misschien wel moeten wachten.
- Ik hoop dat we ons huis niet hoeven te verkopen.
- Ik hoop niet dat we ons huis moeten verkopen.
- Hoelang moeten we wachten, denk je?
- Hoelang zullen we moeten wachten, denk je?
- Op het volgende station moet u overstappen.
- U moet op het volgende station overstappen.
Ik kan het niet alleen. Je moet me helpen.
- Ik hoop dat we niet al te lang hoeven wachten.
- Ik hoop dat we niet te lang moeten wachten.
Je zult hard moeten werken.
Maar we weten dat we dit moeten oplossen,
Je moet aanschuiven om een biljet te kopen.
Hij was bang om Kerstmis in het ziekenhuis te moeten doorbrengen.
Als we hier stoppen, moeten we helemaal opnieuw van nul beginnen!
heb ik hem op verschillende plaatsen moeten snijden. Ik moest hem uitrekken, maar zo werden alle landen vervormd.
Je moet naar buiten gaan als je wilt roken.
Ik moet Tom waarschuwen.
Ik denk dat ik na Kerstmis weer op dieet moet.
Hoe lang moet ik hier blijven?
Tom vreesde dat hij Kerstmis in het ziekenhuis moest doorbrengen.
"En het meisje?" "Zij zal terug naar het weeshuis moeten keren."
Je zult hard moeten werken.
als je het grote geheel wilt gaan begrijpen.
Tom zal misschien wel moeten wachten.
Als je wil afvallen, moet je letten op wat je eet.
Hoe lang moet ik nog in het ziekenhuis blijven?
Gij moet dat doen.
Een van ons tweeën moet het doen.