Examples of using "почты" in a sentence and their dutch translations:
- Ik ging tot het postkantoor.
- Ik ging tot aan de post.
- Ik vergat mijn e-mailadres.
- Ik ben mijn e-mailadres vergeten.
- Ik heb je e-mailadres verloren.
- Ik ben je e-mailadres verloren.
- Ik vergat mijn e-mailadres.
- Ik ben mijn e-mailadres vergeten.
- Wat is jouw e-mailadres?
- Wat is uw e-mailadres?
- Wat is jullie e-mailadres?
Ik ben net terug van het postkantoor.
- Tom veranderde zijn e-mailadres.
- Tom heeft zijn e-mailadres veranderd.
Waarom verander je constant je e-mailadres?