Translation of "Buraco" in Dutch

0.016 sec.

Examples of using "Buraco" in a sentence and their dutch translations:

Já temos o buraco.

We hebben een visgat.

Desceu para o buraco.

Hij zit in dit gat.

Ele cavou um buraco.

Hij groef een gat.

É um buraco negro.

Het is een zwart gat.

- Cuidado! Há um grande buraco aí.
- Cuidado! Tem um grande buraco aí.

- Kijk uit! Daar is een groot gat.
- Pas op! Er is een groot gat daar.
- Pas op! Daar is er een groot gat.

Tem um buraco nesta meia.

Er zit een gat in deze sok.

Este balde tem um buraco.

Er zit een gat in de emmer.

Piso com força. Encho o buraco.

Aanstampen. Vullen.

Já temos o buraco. Veja isto!

We hebben een visgat. Kijk.

O cachorro estava cavando um buraco.

De hond was een put aan het graven.

Há um buraco nas suas meias.

Er zit een gat in zijn sok.

Ele cavou um buraco no jardim.

Hij groef een gat in de tuin.

Já temos o buraco para os esquis.

Dat is de greppel voor de ski's.

Primeiro, vamos cavar aqui um pequeno buraco.

Eerst moeten we... ...hier een klein gat graven.

Seria muito fácil cair por este buraco!

Het zou makkelijk zijn zo van die rand af te lopen.

Está ver o buraco? É de cobra.

Zie je dat gat daar? Slangengat.

Depois de pormos os esquis, enchemos o buraco.

Als ze erin zitten... ...vul je het gat.

Há aqui um buraco. Vem com muito cuidado.

Er is hier een afgrond. Kom wat dichterbij.

Juntar um pouco dela, deitá-la no buraco,

...om water te halen en het in het gat te gieten...

Vamos apanhá-lo antes de entrar no buraco.

Probeer hem te vangen voor hij het gat in gaat.

Consigo sentir para onde vai o buraco. Caramba.

Ik voel waar het gat heen gaat. O, man.

Ele tem um buraco na palma da mão.

Hij heeft een gat in zijn hand.

Existe um buraco negro no centro de nossa galáxia.

Er is een zwart gat in het centrum van onze Melkweg.

Em casa de sapateiro o sapato está sempre com buraco.

Een schoenmaker heeft altijd gaten in zijn schoen.

Ir até ao lago congelado, fazer um buraco e tentar pescar.

Naar het bevroren meer gaan... ...een gat graven en vis vangen.

Juntar um pouco dela, deitá-la no buraco, ver se ela sai e apanhá-la.

...om water te halen en het in het gat te gieten... ...om hem eruit te spoelen en te pakken.

- Quem faz o mal, faz para si mesmo.
- Quem cava um buraco pra outro, cava pra si mesmo.

Wie een kuil graaft voor een ander, valt er zelf in.

- Escravos de Jó jogavam caxangá. Tira, põe, deixa ficar. Guerreiros com guerreiros fazem zigue-zigue-zá. Guerreiros com guerreiros fazem zigue-zigue-zá.
- Hoje é domingo, pede cachimbo; o cachimbo é de barro, bate no jarro; o jarro é de ouro, bate no touro; o touro é valente, chifra a gente; a gente é fraco, cai no buraco; o buraco é fundo, acabou-se o mundo.

- Iene miene mutte, tien pond grutte, tien pond kaas, wie is de baas?
- Onder de piano lag een ei, in dat ei daar zat een brief, waarop te lezen stond wie is uw lief?
- Onder de piano ligt een flesje bier; al wie er van drinkt, stinkt!
- Op de brug zit een mug met haar muil wijd open; zeven ezels, achttien kwezels zijn erin gekropen.