Examples of using "Wierzę" in a sentence and their dutch translations:
Ik geloof het niet!
Ik geloof je.
Ik geloof het niet!
Ik geloof je niet.
Ik geloof in God.
Ik geloof in magie.
Ik geloof dit niet.
Ik geloof niet in God.
Ik geloof hem niet meer.
Ik geloof je.
Ik geloof dat aliens bestaan.
Ik geloof in deze onderwijsmethode.
- Ik geloof niet dat dit waar is.
- Ik geloof niet dat dit klopt.
- Ik geloof in spoken.
- Ik geloof inderdaad in spoken.
Ik geloof dit verhaal niet.
- Ik geloof niet dat zwarte katten pech brengen.
- Ik geloof niet dat zwarte katten ongeluk brengen.
Ik geloof in geestelijke kracht en zal je nooit verlaten.
Ik kan niet geloven dat je echt verliefd op me bent.
Ik kan mijn ogen niet geloven.
Ik geloof niets van wat de mensen over haar vertellen.