Translation of "Guardando" in Dutch

- Cosa stai guardando?
- Cosa state guardando?
- Cosa stavi guardando?

- Waar kijk je naar?
- Waarnaar kijk je?

- Cosa stai guardando?
- Cosa state guardando?
- Cosa sta guardando?

Waar kijk je naar?

- Stanno guardando.
- Loro stanno guardando.

Zij zijn aan het kijken.

- Cosa stai guardando?
- Cosa state guardando?

- Waar kijk je naar?
- Waarnaar kijk je?

- Tutti mi stavano guardando.
- Mi stavano guardando tutti.
- Tutti stavano guardando me.

- Iedereen keek me aan.
- Iedereen was mij aan het aankijken.

- Non ti stavo guardando.
- Non vi stavo guardando.
- Non la stavo guardando.

- Ik keek niet naar jou.
- Ik was niet naar jou aan het kijken

- Stiamo guardando la TV.
- Noi stiamo guardando la TV.
- Stiamo guardando la televisione.
- Noi stiamo guardando la televisione.

We zijn tv aan het kijken.

Stai guardando?

Ben je aan het kijken?

- Tutti mi stanno guardando.
- Mi stanno guardando tutti.

Iedereen kijkt naar mij.

- Perché mi stai guardando così?
- Perché mi sta guardando così?
- Perché mi state guardando così?

Waarom kijkt u me zo aan?

- Sto guardando un film.
- Io sto guardando un film.

Ik kijk een film.

- Stavo guardando un documentario.
- Io stavo guardando un documentario.

Ik was een documentaire aan het kijken.

- Sono cresciuto guardando i Pokémon.
- Sono cresciuta guardando i Pokémon.
- Io sono cresciuto guardando i Pokémon.
- Io sono cresciuta guardando i Pokémon.

Ik ben met Pokémon opgegroeid.

Cosa stai guardando?

- Waar kijk je naar?
- Waarnaar kijk je?

Qualcuno sta guardando?

Kijkt er iemand?

Tom sta guardando.

Tom kijkt.

- Stanno guardando.
- Guardano.

- Zij zijn aan het kijken.
- Ze kijken toe.

Stanno guardando tutti.

Iedereen is aan het kijken.

- Tom sta guardando la TV.
- Tom sta guardando la televisione.

Tom kijkt tv.

- Perché stanno guardando la televisione.
- Perché loro stanno guardando la televisione.

- Omdat zij teevee aan het kijken zijn.
- Omdat ze televisie aan het kijken zijn.
- Omdat ze tv aan het kijken zijn.
- Omdat ze naar de televisie zitten te kijken.

Chi sta guardando Tom?

Naar wie kijkt Tom?

Sta guardando la TV.

Hij kijkt tv.

Qualcuno ti sta guardando.

- Iemand houdt u in de gaten.
- Iemand houdt je in de gaten.

Mi sto guardando attorno.

Ik kijk rond me heen.

Tom vi stava guardando.

- Tom keek naar u.
- Tom keek naar je.

No, grazie. Sto solo guardando.

Nee, dank u. Ik kijk wat rond.

Tom sta guardando del golf.

Tom kijkt naar het golfspel.

Stavo guardando la TV allora.

- Ik keek toen tv.
- Dan keek ik televisie.

- Il mio fratellino sta guardando la televisione.
- Il mio fratellino sta guardando la TV.

- Mijn broertje kijkt tv.
- Mijn broertje is tv aan het kijken.

- Tutti mi stanno guardando.
- Mi stanno guardando tutti.
- Tutti mi stanno osservando.
- Mi stanno tutti osservando.
- Mi stanno tutti guardando.
- Mi stanno osservando tutti.

Iedereen kijkt naar mij.

Mio fratello sta guardando la TV.

- Mijn broer is naar tv aan het kijken.
- Mijn broer kijkt tv.

Tutti i ragazzi stavano guardando Tom.

Alle jongens keken naar Tom.

Anche guardando bene non si vede niente.

Als je goed kijkt, zie je niks.

- Sto solo guardando.
- Sto solo dando un'occhiata.

Ik ben alleen maar aan het kijken.

Mio fratello minore sta guardando la TV.

Mijn jonge broer kijkt tv.

Tom e Mary stanno guardando la TV.

- Tom en Maria kijken tv.
- Tom en Maria zijn tv aan het kijken.

Mio padre si addormenta spesso guardando la TV.

Mijn vader valt vaak in slaap voor de tv.

Ho la senazione che qualcuno ci stia guardando.

Ik heb het gevoel dat iemand ons aan het observeren is.

Ho la sensazione che qualcuno ci stia guardando.

Ik heb het gevoel dat iemand ons aan het observeren is.

Sono cresciuto guardando "Star Trek" e "Il pianeta proibito",

Ik ben opgegroeid met ‘Star Trek’ en ‘Forbidden Planet’

E la mia amata stava guardando un qualche programma spazzatura.

en mijn geliefde bekeek wat culturele troep:

Tom mangia spesso dei popcorn quando sta guardando un film.

Tom eet vaak popcorn als hij naar een film kijkt.

Guardando indietro al 2010 penso di aver sprecato troppo tempo.

Terugblikkend op 2010 denk ik dat ik te veel tijd verkwistte.

Quando papà è tornato a casa, io stavo guardando la TV.

Toen mijn vader thuiskwam, keek ik tv.

- So che mi sta osservando.
- So che mi sta tenendo d'occhio.
- So che mi sta guardando.

Ik weet dat hij me in het oog houdt.