Examples of using "Napot" in a sentence and their dutch translations:
Goedemiddag!
Geef me vijf dagen.
- Goedemorgen!
- Goedendag!
Goedendag!
- Goedemorgen juffrouw!
- Hallo jongedame!
Ik wens je een prettige dag!
Ik ben gek op de zon.
- Heb nog een goede dag!
- Prettige dag!
- Nog een leuke dag!
- Ik hou van de zon.
- Ik ben gek op de zon.
Een goede dag allemaal.
Ik wens je een goede dag, Tom.
Wie heeft de zon gemaakt?
Ze heten de terugkeer van de dag welkom.
- Goedemiddag!
- Goedemiddag.
Ik hou echt van de zon.
Dag mevrouw.
- Hallo, dokter!
- Goedemorgen, dokter!
Men moet geen mosselen roepen, eer zij aan de kaai zijn.
Goedemorgen!
We zullen zeer waarschijnlijk enkele dagen weg zijn.
Ik blijf nog voor een dag of twee.
Geef me een paar dagen.
Goedemorgen, hoe maakt u het?
Dag Georges. Hoe gaat het?
- Prettige dag!
- Nog een leuke dag!
Tom heeft dertig dagen in de gevangenis doorgebracht.
Goede dag. Mooi weer vandaag.
Ik bracht de hele dag door aan het strand.
Ik zie de zon en de maan.
- Ik zie de zon en de maan.
- Ik zie de maan en de zon.
God, gelieve ons zon te sturen!
waarna ik 90 minuten aan yoga doe.
zoals wereldjes rond een ster plaatsen om gratis zonlicht op te vangen,
Na een dag hun toevlucht te hebben gezocht in een oude tempel...
Goedemorgen, hoe maakt u het?
Je kunt vandaag vrij nemen.
Goedemorgen!
Wat een dag!
Bedankt voor vandaag.
Ge moet u enkele dagen stil houden.
Ik zal nooit de dag vergeten dat ik hem voor de eerste keer heb ontmoet.
Overdag zien we de felle zon, en 's nachts zien we de bleke maan en de mooie sterren.
Waarom zegt men "Goedendag" wanneer de dag niet goed is?
- Goedemorgen, hoe maakt u het?
- Hoi, hoe gaat het?
De reis zal minstens vijf dagen duren.