Examples of using "Kutya" in a sentence and their dutch translations:
Wat een grote hond!
Dit is een hond.
De hond is dood.
Wat een enorme hond!
- Jij bent een hond.
- U bent een hond.
Pas op de hond!
Brave hond!
Waar is de hond?
De hond begon te rennen.
- De hond ging weg.
- De hond liep weg.
De hond is aan het sterven.
De hond was stervende.
De hond is dood.
De hond bloedt.
- Een hond blaft.
- De hond blaft.
- Een hond rent.
- Een hond loopt.
- Wat voor een rare hond!
- Wat voor een raar hondje!
De hond is wit.
Dat is geen kat. Dat is een hond.
Wat een enorme hond!
De hond is slim.
De hond blaft.
Heeft de hond geblaft?
De hond blafte.
Alle honden zijn trouw.
De hond volgde mij.
Het is bitter koud.
Een hond blafte.
Een van de honden leeft nog.
De hond ziet er hongerig uit.
De hond was doodgevroren.
De hond was dood.
De hond was een put aan het graven.
Er staat een hond op de brug.
De hond ziet er ziek uit.
De hond wil vlees.
De hond is van mij.
Honden zijn trouwe dieren.
Die hond is groot.
Wie geld heeft, doet wat hij wil.
Wat voor soort hond is dat?
Deze hond bijt.
Deze hond is groter.
De hond gromde naar mij.
Deze hond is groot.
Is dat een kat of een hond?
Deze hond is wit.
Pas op, de hond bijt!
Hoe gaat het met de hond?
Blaffende honden bijten niet.
Blaffende honden bijten niet.
Deze hond eet bijna alles.
Probeer de longen van een hond voor je te zien.
De honden blaffen, de karavaan trekt verder.
De hond houdt van vlees.
Dat is geen kat. Dat is een hond.
De hond ziet er hongerig uit.
Een hond zal naar onbekenden blaffen.
Dit is geen hond, het is een vos.
Deze hond is van mij.
De hond beet in mijn hand.
Een hond loopt sneller dan een mens.
Plotseling verschenen er drie honden voor ons.
Blaffende honden bijten niet.
De hond ging op de postbode af.
De hond is de beste vriend van de mens.
Honden zijn slim.
Deze hond eet bijna alles.
De hond volgde zijn baas, al kwispelend met zijn staart.
Deze hond loopt heel snel.
De honden blaffen, de karavaan trekt verder.
Van de hele regering is de hond me het trouwst.
De naam van de hond is Ken.
Laat de hond niet op ons bed slapen.
De hond zat in een doos onder de tafel.
Als twee honden vechten om een been, loopt de derde ermee heen.
Deze kat ziet eruit als een hond.