Examples of using "Hívtál" in a sentence and their dutch translations:
- Hebt ge geroepen?
- Heb jij geroepen?
Hebt ge geroepen?
Waarom belde je me?
Heb je me gisteravond gebeld?
Waarom heb je niet gebeld vooraleer te komen?
Waarom belde je me niet afgelopen nacht?