Translation of "Unnötig" in Dutch

Das war unnötig.

Dat was niet nodig.

Das ist alles unnötig.

Dat is allemaal niet nodig.

- Das ist nicht nötig.
- Das ist unnötig.

Dat hoeft niet.

Es ist unnötig über das Wetter zu klagen.

Het is niet nodig om over het weer te praten.

Es ist unnötig den Kuchen zu suchen, weil ich ihn schon gegessen habe.

Het heeft geen zin naar de cake te zoeken: ik heb hem al opgegeten.

Wir wollen keinen unnötig langen Kontakt mit anderen Menschen in einem begrenzten Raum haben,

We willen geen verlengd contact met andere mensen in een kleine ruimte...

Dass in den Kirchen gepredigt wird, macht deswegen die Blitzableiter auf ihnen nicht unnötig.

Omdat er in de kerken wordt gepredikt, zijn de bliksemafleiders daarop nog niet overbodig.

Die Bemerkung, die du auf der Party über Lisas Gewicht gemacht hast, war total unnötig.

Uw opmerking op het feest over het gewicht van Lisa was helemaal misplaatst.