Examples of using "Spülen" in a sentence and their dutch translations:
- Kun je me helpen met de afwas?
- Kun je me helpen de afwas te doen?
Ik heb mijn moeder met de afwas geholpen.
Omdat jij hebt gekookt, zal ik de afwas doen.
Het meisje vond afwassen niet leuk, maar ze maakte er het beste van.
- Kun je me helpen met afwassen?
- Kun je me helpen de afwas te doen?
Omdat jij hebt gekookt, zal ik de afwas doen.
Kun je me helpen met afwassen?
Omdat jij hebt gekookt, zal ik de afwas doen.