Examples of using "Regnet" in a sentence and their dutch translations:
- Het regent.
- Het is aan het regenen.
Het regent buiten.
- Het regent weer!
- Het is weer aan het regenen!
Het regent vandaag.
Regent het?
Het regent.
Het regent zonder ophouden.
Het regent zonder ophouden.
Het regent nauwelijks.
- Het is weer aan het regenen.
- Het is weer aan het regenen!
- Regent het nog?
- Regent het nog steeds?
- Het regent ononderbroken.
- Het regent zonder ophouden.
Regent het nu?
Het regent hier.
Het gaat regenen.
- Het regent nog steeds.
- Het regent nog altijd.
- Het zal waarschijnlijk regenen.
- Waarschijnlijk regent het.
- Het regent pijpenstelen.
- Het regent dat het giet.
- De regen valt met bakken uit de hemel.
Het regent niet.
Misschien gaat het regenen.
- Het is weer aan het regenen.
- Het is weer aan het regenen!
Het regent vandaag.
Het regent overal.
Het is aan het regenen.
Kijk, het regent.
Het regent pijpenstelen.
- Het regent pijpenstelen.
- Het regent dat het giet.
- De regen valt met bakken uit de hemel.
Het regent veel in Okinawa.
- Het regent dat het giet.
- Het hoost.
- De regen valt met bakken naar beneden.
- Het regent keihard.
- Het is hard aan het regenen.
- Het regent enorm.
Het regent zonder ophouden.
Gaat het vanmiddag regenen?
Ah nee zeg, het regent.
Vandaag regent het weer.
- Het regent pijpenstelen.
- Het regent dat het giet.
- Het regent pijpenstelen.
- Het regent dat het giet.
- Het regent heel hard.
Het regent pijpenstelen.
- Het regent zonder ophouden.
- Het regent de hele tijd.
Als het regent, blijf ik.
Volgens de televisie zal het morgen regenen.
- Het regent pijpenstelen.
- Het regent dat het giet.
Het regent nauwelijks.
- Waarschijnlijk regent het vanmiddag.
- Waarschijnlijk gaat het vanmiddag regenen.
Regent het daar dikwijls?
- Regent het in jouw stad?
- Regent het in uw stad?
- Regent het in jullie stad?
Regent het in jullie stad?
Ik zie dat het regent.
Ik denk dat het vandaag gaat regenen.
Het regent niet. Het sneeuwt.
Regent het nog steeds?
Het regent nog.
- Het regent pijpenstelen.
- Het regent dat het giet.
- De regen valt met bakken uit de hemel.
- De regen valt met bakken naar beneden.
- Het regent keihard.
- Wanneer het regent, neemt ze de bus.
- Als het regent, neemt ze de bus.
Het regent sinds de vorige donderdag.