Examples of using "Hinter" in a sentence and their dutch translations:
Tom, achter je!
- Kijk achter je!
- Kijk achter je.
- Doe de deur achter je dicht.
- Sluit de deur achter je.
- Doe de deur achter je dicht.
- Sluit de deur achter je.
Maar onder die tranen
Hij stond achter mij.
Ik ben achter je.
Ik sta achter hem.
Hij zat achter de tralies.
- Ik dek je wel.
- Ik steun je.
- Ik sta achter je.
Sluit de deur achter je.
- Doe de deur achter je dicht.
- Sluit de deur achter je.
Er staat iemand achter de muur.
Alle barrières liggen achter ons.
Voorbij het gevaar.
Hij stond achter de deur.
Hij stond achter de stoel.
Er staat iemand achter de muur.
Hij was vlak achter mij.
- Doe de deur achter je dicht.
- Sluit de deur achter je.
Sluit de deur achter je.
Je bent na mij.
Tom verdween achter het huis.
Tom bracht Kerstmis door achter de tralies.
Tom hoorde voetstappen achter zich.
Zij werken achter de coulissen.
De maan verscheen van achter de wolken.
De zon verbergt zich achter de wolken.
Als de maan achter de bergen zakt...
Het schip verdween achter de horizon.
Hij deed de deur achter zich dicht.
Hij verborg zich achter de deur.
Hij kwam van achter het gordijn.
- Achter de cinema is er een park.
- Achter de bioscoop is een park.
Het ergste is voorbij.
De maan zit achter de wolken.
De misdadiger zit al achter de tralies.
Jullie kunnen achter het hotel parkeren.
- Doe de deur achter je dicht.
- Sluit de deur achter je.
Achter de bergen leefden zeven dwergen.
Ik deed de deur achter me dicht.
Tom kon achter het hotel parkeren.
Tom verstopte zich achter het gordijn.
Er staat iemand achter de muur.
Tom sloot de deur achter ons.
Raad eens wie er achter je staat.
Hij sloot de deuren achter zich.
De andere invloed was de jaren in de gevangenis.
In plaats van ons te verschuilen achter politiële maatregelen...
Achter de heuvel ligt een mooie vallei.
Een kat kwam vanachter het gordijn te voorschijn.
Hij verborg zijn verdriet achter een glimlach.
De stal is net achter de boerderij.
Het toilet bevindt zich achter de trap.
De maan verscheen van achter de wolken.
Tom verstopte zich achter het gordijn.
Hij is niet op zijn achterhoofd gevallen.
De zon is ondergegaan achter een berg.
Hij is een slimmerik.
Er is een tuin achter ons huis.
Tom zette de dweil achter de deur.