Examples of using "Hört" in a sentence and their dutch translations:
Attentie!
Luister naar me!
Luister.
Ze luistert naar hem.
Kinderen, luister!
Vijandelijke luistervinken!
Tom luistert naar muziek.
Laurie luistert naar muziek.
- Luister!
- Luister.
Tom luistert.
Luister alstublieft.
Niemand luistert.
- Tom luistert naar de radio.
- Tom is naar de radio aan het luisteren.
- Iedereen luistert naar je.
- Iedereen luistert naar jou.
Tom hoort niet goed.
Horen jullie dat?
Attentie!
Ze luistert niet naar me.
Tom luistert graag naar podcasts.
- Alsjeblieft, luister naar mij!
- Luister naar me alsjeblieft!
- Stop met zeuren.
- Hou op met klagen.
Stop met vechten!
- Wie luistert naar Tom?
- Wie luistert er nou naar Tom?
Luistert er niemand?
Luister, iedereen!
- Luister.
- Luisteren.
Hij luistert graag naar de radio.
- Tom luistert graag naar muziek.
- Tom vindt het leuk om naar muziek te luisteren.
Luister hiernaar!
Tom luistert niet.
Goeie rekeningen maken goeie vrienden.
...en onze toewijding gaat door.
Tom luistert nooit naar me.
- Dat klinkt mooi.
- Dat klinkt prachtig.
Ons werk houdt nooit op.
Tom wil maar niet luisteren.
Tom luistert gewoonlijk naar klassieke muziek.
Tom luistert graag naar klassieke muziek.
Ze luistert niet naar me.
- Tom klinkt nerveus.
- Tom klinkt zenuwachtig.
Ze luistert niet naar hem.
- Dat klinkt goed.
- Dit klinkt goed.
- Dit klinkt goed hoor.
- Uw plan klinkt uitstekend.
- Jouw plan klinkt uitstekend.
Het zal gauw stoppen te regenen.
Terwijl hij rust, luistert hij naar muziek.
Luister naar me!
Hij drinkt thee en luistert naar muziek.
Luister naar wat de leraar zegt.
Dat is het toppunt!
Iedereen spreekt goed over hem.
Hij hoort alles wat je zegt.
Dit liedje klinkt droevig.
Tom is slechthorend.
Tom luistert nooit naar iemand.
Mary luistert naar J-pop en K-pop.
Wanneer je naar televisie kijkt of naar de radio luistert, is de muziek die je hoort vaak van Afrikaanse origine.
Eindelijk hoort de pup een bekend geroep.
Ik wou dat het ophield met regenen.
Ze luistert helemaal niet naar muziek.
De muren hebben oren.
Eindelijk luistert de regering naar het volk.
Luister naar me!
Wie wil luisteren aan deuren, moet het dikwijls diep betreuren.
Stop met praten wanneer de leraar binnenkomt.
Iedereen hoort alleen datgene, wat hij begrijpt.
Luister, ik moet jullie iets vertellen.
Luister, iedereen!
Luister nou goed.