Translation of "Frosch" in Dutch

Maria küsste den Frosch.

Maria kuste de kikker.

Tom küsste den Frosch.

Tom kuste de kikker.

Die Schlange verschlang einen Frosch.

De slang slikte een kikker door.

Ich habe einen Frosch im Hals.

- Ik heb een kikker in mijn keel.
- Ik heb een krop in de keel.

Dybowskis Frosch ist eine geschützte Tierart.

Boskikkers zijn beschermde dieren.

Macht ihn zum nördlichsten Frosch der Welt.

...is dit de meest noordelijke kikker ter wereld.

Der Junge schmiss einen Stein nach dem Frosch.

De jongen gooide een steen naar de kikker.

Ein Frosch versuchte dicker zu werden als ein Ochse.

Een kikker probeerde dikker te worden dan een rund.

Ich kann einen Frosch nicht von einer Kröte unterscheiden.

- Ik kan een kikker en een pad niet uit elkaar houden.
- Ik kan een kikker niet van een pad onderscheiden.

Ein Frosch in einem Brunnen kennt den Ozean nicht.

Een kikker in een waterput kent de oceaan niet.

Dieser männliche Tungara-Frosch ist so klein wie ein Fingerhut.

Deze kleine mannetjestungarakikker is zo groot als een vingerhoed.

„Führe mich nicht in Versuchung“, sagte der Frosch zur Fliege.

"Leid me niet in bekoring!" zei de kikker tot de vlieg.

Der alte Teich hört plötzlich ein Platschen. Ein Frosch sprang hinein.

Een oude vijver. Een kikker springt erin. Het geluid van water.

Da! Der alte Teich. Jetzt springt ein Frosch ins Wasser. Ein Platschen erschallt.

Een oude vijver. Een kikker springt erin. Het geluid van water.

- Iss jeden Morgen einen lebenden Frosch und dir wird für den Rest des Tages nichts Schlimmeres passieren.
- Verzehre jeden Morgen einen lebendigen Frosch, und dir wird den restlichen Tag über nichts Schlimmeres mehr passieren.

Eet iedere morgen een levende kikker, en er zal je de rest van de dag niets ergers gebeuren.