Examples of using "Wins" in a sentence and their dutch translations:
Iedereen wint.
Zwart wint.
De zwaartekracht overwint alweer!
Soms overwint het kwaad.
Ik hoop dat Tom wint.
De waarheid wint altijd.
Het maakt mij niet uit wie er wint.
Het goede wint altijd over het kwade.
Het maakt niet uit welk team de wedstrijd wint.
Het goede wint altijd over het kwade.
In de meeste verkiezingen wint de kandidaat met de meerderheid van de stemmen de verkiezing.
Het kleine mannetje wint zijn partner. In een lawaaiige wereld loont het soms om stil te zijn.
Als het leger in wit uniform de koning in zwart uniform gevangenneemt, wint dat leger het spel.