Examples of using "Sleepy" in a sentence and their dutch translations:
- Ik ben slaperig!
- Ik ben moe!
Ik voel me slaperig.
- Ik voel me slaperig.
- Ik ben slaperig!
Ik heb slaap!
Ze zijn slaperig.
Ik ben niet slaperig.
Heb je slaap?
- Ik ben niet slaperig.
- Ik heb geen slaap.
Ik heb veel slaap.
Tom ziet er slaperig uit.
Je ziet er slaperig uit.
Tom is slaperig.
- Ben je niet moe?
- Bent u niet moe?
Ik had geen slaap.
Tom voelde zich slaperig.
Goedemorgen, slaapkop!
Tom werd moe.
- Het kan zijn dat Tom niet slaperig is.
- Tom is misschien niet slaperig.
- Misschien is Tom niet slaperig.
Ben je nog steeds slaperig?
Zijn jullie niet moe?
We zijn allebei erg slaperig.
Je ziet er erg slaperig uit.
Tom wordt slaperig.
Tom is duidelijk slaperig.
- Zowel Tom als Mary was slaperig.
- Tom en Mary waren allebei slaperig.
Als je slaperig wordt, dan moet je het zeggen hoor.
Ik ben vandaag ook heel slaperig.
Tom is moe.
Wij beiden waren zeer slaperig.
Ik ben moe, maar niet slaperig.
Ik heb me onlangs slaperig gevoeld.
Hij was moe.
Je ziet er moe uit.
Ik wil slapen.
- Hij ziet er zeer slaperig uit.
- Hij lijkt erg dommelig te zijn.
Je bent moe, dus ga naar bed.
Ik ben te slaperig om dat te doen.
Tom is slaperig, maar Maria niet.
Ik weet waarom Tom slaperig werd.
Ze vertelde me dat ze slaperig was.
We waren erg slaperig de volgende morgen.
Als je slaperig wordt, dan moet je het zeggen hoor.
- Ik ben moe.
- Ik ben moe!
Dat doet ze alleen als ze slaperig is.
Dus ga pas terug naar bed als je slaperig bent
Ik heb maar twee uur geslapen. Het is niet te verworderen dat ik slaperig ben.
Het heeft geen zin om te studeren wanneer je slaperig bent.
Tom was moe.
- Ik ben moe.
- Ik ben moe!
- Ik ben moe.
- Ik ben moe!
De slapende stad is veranderd in een levendige stad.
Ik ben niet moe.
Ik was moe en, wat nog erger is, ik wilde slapen.
Ben je niet moe?
Ik was erg moe.
Als je niet zoveel had gegeten zou je nu ook niet zo slaperig zijn.
Ik vind het goed dat er nog boeken bestaan, maar ze maken mij slaperig.
- Ik wil slapen.
- Ik moet slapen.