Examples of using "Schedule" in a sentence and their dutch translations:
Het is in gevorderde toestand.
Het werk loopt achter op schema.
We lopen achter op het schema.
Tom ligt op schema.
We zijn laat.
We hebben een strak schema.
Ik heb je planning hier liggen.
De bus heeft vertraging.
Ik kan mijn schema niet veranderen.
De wintertijd is aangebroken.
We kunnen de planning beter maar niet veranderen.
Ik heb een erg druk schema.
Daarvoor moet ik mijn agenda controleren.
We zijn een paar weken achter op ons schema.
We kunnen geen verandering in ons programma aanbrengen.
Is het geweldig, plan dan 'n eerste date.
Het vliegtuig kwam net op tijd in New York aan.
Er hing een busdienstregeling op de muur.
Een agenda is een identiteitskaart van de tijd, maar als er geen agenda is, kan er geen tijd zijn.
Mijn leidinggevende keek naar de herziene planning en knikte instemmend.
Ze moesten hun plannen veranderen omdat de trein te laat was aangekomen.
Tom belde Mary op en vroeg haar wat haar rooster was.
De trein kwam stipt op tijd.
We kunnen de planning beter maar niet veranderen.
De trein kwam stipt op tijd.