Examples of using "Late" in a sentence and their dutch translations:
Te laat.
- Het is laat.
- Het is al laat.
Het is laat.
Het is laat.
Te laat.
We zijn laat.
Je bent laat.
- Je bent laat.
- U bent laat.
- Jullie zijn laat.
- Kom niet te laat!
- Wees niet te laat!
- Verontschuldig mij dat ik zo laat ben.
- Het spijt mij dat ik te laat ben.
- Het spijt me dat ik zo laat ben.
- Ze zijn laat.
- Zij zijn laat.
Ik ben laat.
Te laat.
Het is laat.
Te laat!
Sommigen kwamen te laat.
Je bent altijd te laat.
Ik ben al laat.
We gaan te laat komen.
Je bent altijd te laat.
Het is al te laat.
Het is nu te laat.
Waarom was je laat?
Verontschuldig mij dat ik zo laat ben.
Tom is zelden laat.
Sorry dat ik laat ben.
Waarom ben je te laat?
- Tom kwam laat thuis.
- Tom is laat thuisgekomen.
- Tom is laat thuis aangekomen.
Jullie zijn laat.
Eind mei 1815.
Kom niet te laat!
Doe er niet te lang over!
Je kwam te laat.
We gaan te laat komen.
- Het begint laat te worden.
- Het wordt laat.
Sommigen kwamen te laat.
Je bent laat.
Tom kwam laat aan.
Tom is te laat.
Tom versliep zich.
Het is al laat.
Ik was veel te laat.
Tom werkt laat.
Je bent wel wat laat.
Ik ga te laat komen.
Het is nooit te laat.
Je bent altijd te laat.
- Je bent laat.
- U bent laat.
- Jullie zijn laat.
Het is al te laat.
Tom zal te laat zijn.
Het is in ieder geval te laat.
We gaan te laat komen.
We zijn toch niet te laat, of wel?
Ze werd heel laat wakker en kwam te laat op school.
Het wordt laat.
is het te laat?
Einde winter in Spitsbergen.
Ik zal niet te laat komen.
Helden komen altijd te laat.
Ik ben te laat, of niet?
Waarom ben je te laat?
Sorry dat ik laat ben.
Ik arriveerde te laat.
Misschien is het te laat.
Het spijt me dat ik zo laat ben.
Het is nu te laat.
- We zijn al te laat.
- Wij zijn al te laat.
Je bent veel te laat.
Beter laat dan nooit.
Ze is laat opgestaan.
Mijn bus is laat.