Examples of using "Paying" in a sentence and their dutch translations:
Wie betaalt?
Je let niet op!
Tom betaalt.
Deze keer betaal ik.
Je lette niet op.
Ik betaal vooraf.
Ik betaal wel.
Ik betaal dit niet.
We waren niet aan het opletten.
Wie gaat het eten betalen?
Hiervoor betaal ik niet.
Ik let op.
Ik betaal niet graag belasting.
Ik betaal contant.
Waarom lette je niet op?
Hoeveel betalen jullie?
Ik ben degene die betaalt.
De man verliet het restaurant zonder te betalen.
- Niemand lette op hem.
- Niemand gaf hem enige aandacht.
Waarom lette je niet op in de klas?
Je lette niet op.
De directeur van het bedrijf werd ervan beschuldigd smeergeld te betalen.
Tom is de winkel uit gelopen zonder te betalen.
Niemand lette op haar.
en er nog voor te betalen ook.
Eerlijk gezegd, het is echt geen goedbetaalde baan.
Ik betaal contant.
Je zorgen maken, is als een schuld betalen die je niet hebt.
- Tom negeerde Maria.
- Tom heeft Maria genegeerd.
Ik ben helemaal niet van plan om tien dollar te betalen.
Je let niet op!
Indien nodig heb ik geen bezwaar tegen het betalen van een bepaald bedrag.
Indien nodig heb ik geen bezwaar tegen het betalen van een bepaald bedrag.
Tom had een goede reden om zijn huur niet op tijd te betalen.
Niemand let op Tom.
- Deze keer betaal ik.
- Deze keer trakteer ik.
- Waarom streef je ernaar om zelf de schoolkosten te betalen, terwijl je ouders klaar staan om je financiƫle steun te geven?
- Waarom wil je per se je schoolkosten zelf betalen, terwijl je ouders bereid zijn je financieel te steunen?
"O, het is veel meer," glimlachte Dima. "Maar eigenlijk is dit een collect call. Dus jij bent de noob, want jij betaalt."
Ik had ooit een meester, die gooide vaak een krijtje als er iemand niet op zat te letten, en dat moest je dan naar hem terugbrengen.