Examples of using "Kidding" in a sentence and their dutch translations:
Grapje!
Grapje!
Ik maak maar een grapje.
Echt?
We maken een grapje.
- Ze maken een grapje.
- Zij maken een grapje.
- Ik maak maar een grapje.
- Ik maak een grapje.
- Nu breekt mijn klomp.
- Je neemt me in de maling.
- Je houdt me voor de gek.
Dat moet wel een grap zijn!
Je maakt een grapje, niet?
Alle gekheid op een stokje.
- Ben je gek?
- Maak je een grapje?
- Hou je me voor de gek?
Maakt Tom een grapje?
Het is gewoon een grap.
- Echt?
- Echt waar?
- Serieus!?
- Echt waar!
- Geen geouwehoer!
- Serieus!
- Ik maak geen grapje.
- Ik meen het.
Ik maak een grapje.
Hou je me voor de gek?
Ik maak maar een grapje.
Hou je me voor de gek?
Wie houden wij voor de gek?
Echt?
Ik maakte maar een grapje.
Dat zegt ge om te lachen!
- Dat meen je niet!
- Je bent een geintje aan het maken!
Ik speel.
Ik maak maar een grapje.
- Ik dacht dat u een grapje maakte.
- Ik dacht dat je een grapje maakte.
Hou je me voor de gek?
Ik dacht dat je een grapje maakte.
- Het is een mop.
- Het is een grap.
- Dit is een grap.
Nu breekt mijn klomp.
Hou je me nu verdomme voor de gek?!
We maken een grapje.
Het was maar een grapje.
Ik maak geen grapje.
Tom maakt grappen.
Maak je een grapje?
Ik maakte een grapje.
- Ik maak maar een grapje.
- Het is maar een grapje.
- Ik maak een grapje.
Tom maakte een grapje.
Tom maakt geen grapje.
Ik maak maar een grapje.
Je maakt een grapje, niet?
Niet naar hem luisteren. Hij maakt maar een grapje.
Luister niet naar me, ik maak maar een grapje.
- Ik maak maar een grapje.
- Het is maar een grapje.
- Het is maar een grap.
- Echt?
- Echt waar?
- Echt!?
- Serieus!?
Ik maak een grapje.
Je maakt een grapje, niet?
- Ik maak maar een grapje.
- Het is maar een grap.
Ik heb de indruk dat je me belachelijk maakt.
- Echt?
- De waarheid?
- Meen je dat echt?
- Echt waar?
- Is dat zo?
- Zit dat zo?
- Meent u dat echt?
- Echt!?
- Serieus!?
- Oh! Serieus?
- Is dat waar?
Ik maakte maar een grapje.
Ik maak maar een grapje.
- Echt?
- Meen je dat echt?
- Meent u dat echt?
- Ik zei dat alleen maar om te lachen.
- Ik maakte maar een grapje.
- Ik bedoelde het maar als een grapje.
Ben je gek?
Ik maak maar een grapje.
- Echt?
- Echt waar?
- Echt!?
- Is dat waar?
Hij is zojuist overleden en hij maakte geen grap dat hij allergisch was voor tarwe.
Neem je me in de zeik?
Dat zegt ge om te lachen!
- Je neemt me in de maling.
- Je houdt me voor de gek.
- Echt?
- Echt waar?
- Zit dat zo?
Ik maak geen grapje.