Examples of using "Gardening" in a sentence and their dutch translations:
Tuinieren is leuk.
Zij houdt van tuinieren.
Ik hou van tuinieren.
Ik vind tuinieren leuk.
We waren aan het tuinieren.
Hij houdt van tuinieren.
Tom houdt van tuinieren.
Tom vindt tuinieren leuk.
Tuinieren is makkelijk en leuk.
Ze was een handboek aan het lezen over tuinieren.
Tuinieren is al enkele jaren populair.
Tom houdt van tuinieren.
"Het is niet de tuin , maar het tuinieren dat telt."