Translation of "Kind" in Japanese

0.014 sec.

Examples of using "Kind" in a sentence and their japanese translations:

- Heb je een kind?
- Hebben jullie een kind?

子供がいますか。

- Hij is een bedorven kind.
- Hij is een verwend kind.

あいつは手に負えない子供だ。

- Geeft u uw kind borstvoeding?
- Geef je je kind borstvoeding?

授乳はしていますか?

Zag een lusteloos kind.

神経学的に鈍感な子供に 見えたようです

Ik heb geen kind.

私は子供がいません。

Ik ben enig kind.

私は一人っ子です。

Het kind schilderde bloemen.

子供は花の絵をかいた。

Ze verwacht een kind.

彼女は妊娠中です。

Wees geen klein kind!

子供みたいに泣くなよ!

Het kind is vies.

あの子はあかだらけだ。

Bent u enig kind?

あなたは一人っ子ですか?

- Ze is maar een kind.
- Ze is nog maar een kind.

彼女はほんの子供です。

- Het kind tekende een bolvormige driehoek.
- Het kind tekende een boldriehoek.

あの子が球面三角を書きました。

- Doe het kind dit kledingstuk aan.
- Doe het kind deze kleren aan.

この子にこの服を着せて。

- Jouw dochter is geen kind meer.
- Jullie dochter is geen kind meer.

君の娘はもう子供ではない。

Bevallend van haar derde kind.

救急救命室に来ました

Een kind heeft liefde nodig.

子供には愛情が必要だ。

Hij is een bedorven kind.

あいつは手に負えない子供だ。

Ik ben geen kind meer.

私はもう子供ではありません。

Ze is maar een kind.

- 彼女はほんの子供です。
- 彼女はただの子供にすぎない。
- 彼女はただの子供です。

Je bent geen kind meer.

- 君はもう子供ではない。
- お前はもう子供ではないんだ。

Hij is maar een kind.

ほんの子供に過ぎない。

Wij hebben een kind geadopteerd.

- 私達は子供を養子にした。
- 私たちは養子をもらった。

Ik was een gezond kind.

私は子供のころは元気だった。

Dat weet een klein kind.

それは子どもでも分かる。

Het kind streelt de kat.

子供が猫を撫でている。

Als kind had ik waterpokken.

- 子供の時に、水ぼうそうにかかったんだ。
- 子供の時、水疱瘡になったよ。

Het kind telde er tien.

子供は10まで数えた。

Elk kind kreeg een cadeautje.

それぞれの子供がプレゼントをもらった。

Tom is een slim kind.

トムは賢い子だ。

Hij is hun enige kind.

彼は彼らのひとり息子です。

- Mijn dochter is nog een kind.
- Mijn dochter is nog maar een kind.

私の娘は、ほんの子供です。

- Ze zochten allemaal naar het vermiste kind.
- Ze zochten allen naar het vermiste kind.

彼らはみんなで迷子を探した。

Moeder en kind deden het goed.

母子ともにとても健康でした

Het kind lag op de bank.

少年はソファーに横になっていた。

Zij boog zich over het kind.

彼女はその子の上に身をかがめた。

Eender welk kind kan dat beantwoorden.

どんな子供だってそのくらい答えられる。

Dat kind kan zelfs niet optellen.

その子は足し算の仕方さえ知らない。

Het kind was verstijfd van angst.

その子供は恐怖で身動きできなかった。

Het kind vluchtte voor zijn leven.

その子は命からがら逃げた。

Het kind had een zuiver hart.

その子は純粋な心を持っていた。

Hij gedroeg zich als een kind.

彼は子供のように振る舞った。

Zelfs een kind kan het begrijpen.

子供にだってそんな事は分かるよ。

De ouders noemden het kind "Akiyoshi".

両親は赤ん坊を昭良と名づけた。

Ze is nog maar een kind.

彼女はほんの子供です。

Ze behandelden me als een kind.

私は彼らに子供扱いされた。

Als kind ging ik vaak vissen.

私は子供のころ、よく釣りにいっていた。

Zelfs een kind kan zoiets doen.

子供でさえもそんなことはできる。

Zelfs een kind kan dat begrijpen.

子供でさえもそれはわかる。

Als kind kon ze goed zingen.

子供のころ彼女は上手に歌えた。

Ze verwacht een kind in juni.

彼女は6月に赤ん坊が生まれる予定です。

Het arme kind lijdt aan hooikoorts.

かわいそうにその子は花粉症に悩んでいる。

Toen het kind de laatste PlayStation-software wilde, gedroeg hij zich als een verwend kind.

その子はプレイステーションの新しいソフトが欲しいとだだをこねた。

- Laat het kind niet met het mes spelen.
- Laat het kind niet spelen met het mes.

子供に包丁をいたずらさせてはダメだよ。

Dat er een kind naar me staart.

私のことをジッと見つめてきます

Om vragen van je kind te beantwoorden

子どもの質問に答えます

En je hebt een jong, opgroeiend kind.

‎育ち盛りの息子がいる

Zelfs een klein kind kent zijn naam.

小さな子どもでもその名前を知っている。

Je bent niet langer gewoon een kind.

- 君はもはや子供なんかではない。
- 君はもはや、ほんの子供というわけにはいかない。

Het kind is aan radioactieve straling blootgesteld.

その幼児は放射線にさらされていた。

Dat kind heeft maar een paar vrienden.

- その子はあまり友人がいない。
- あの子は友達がほとんどいないのよ。

- Ze verwacht een kind.
- Ze is zwanger.

- 彼女は妊娠中です。
- 彼女は妊娠している。

Als kind heeft hij altijd televisie gekeken.

彼は子供の頃、いつもテレビばかり見ていた。

Tranen zijn het wapen van een kind.

涙は子供の武器である。

Het kind is bang in het donker.

その子は暗闇が恐いんだ。

Mijn dochter is nog maar een kind.

私の娘は、ほんの子供です。

Dat is zelfs duidelijk voor een kind.

それは子どもでも分かる。

Een slapend kind lijkt op een engel.

眠っている子どもというのは天使のようだ。

Ze zochten allen naar het vermiste kind.

彼らはみんなで迷子を探した。

Ik wou dat ik enig kind was.

私一人っ子がよかった。

Dat kind is bang in het donker.

その子は暗闇が恐いんだ。